Onderwijs, jeugd en zorg

Financiën

Bedragen x € 1.000

Toelichting op afwijkingen per programma

Toelichting saldo
In totaal is er op dit programma over 2022 een positief saldo van € 4,7 mln. Op een totale begroting van € 150 mln. vertegenwoordigt dat saldo een afwijking van 3,1%.
Het positieve saldo van € 4,7 mln. bestaat uit € 6,4 mln. lagere lasten, € 0,4 mln. lagere baten en € 0,2 mln. hogere toevoegingen reserves en € 1,1 mln. lagere onttrekkingen reserves.
Hieronder volgt per onderdeel een toelichting op hoofdlijnen.

Lasten
Onderwijsbeleid
De totale afwijking op het begrotingsonderdeel Onderwijsbeleid is € 0,86 mln. positief.
Een van de oorzaken is vertraging van de activiteiten voor het vergroten van de kansen van de jeugd (regiodeal) die pas in 2022 en verder uitgevoerd gaan worden (- € 0,25 mln.). De middelen blijven beschikbaar voor 2023 in de daarvoor gevormde bestemmingsreserve Regiodeal.   
De middelen voor lerarentekort/zij-instromers zijn niet volledig ingezet (- € 0,15 mln.) als gevolg van minder geworven zij-instromers en door de coronasluitingen. Via de resultaatbestemming 2022 in de Voorjaarsnota 2023 wordt voorgesteld om dit restantbudget alsnog over te hevelen naar 2023
Binnen het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) zijn interventies, die van NPO waren begroot,  gedekt uit andere middelen (- € 0,15 mln.) of doorgeschoven naar 2023 (- € 0,1 mln.). Op het onderdeel Onderwijsachterstandenbeleid (Oab) zijn de lasten lager als gevolg lagere verantwoording van verstrekte middelen (- € 0,08). De NPO- en Oab middelen zijn specifieke uitkeringen. Door de onderbesteding is minder beroep gedaan op de specifieke uitkering. Zie baten. De niet bestede middelen blijven beschikbaar voor 2023 en verder.
Er zijn diverse kleine voor- en nadelen van per saldo - € 0,1 mln.

Jeugd
De totale afwijking op het begrotingsonderdeel specialistische jeugdhulp is € 2,3 mln. positief. De overeenkomsten voor (hoog)specialistische jeugdhulp en verblijf – de zogenaamde segmenten B, C en V – hebben per 2022 een andere indeling gekregen. Daarmee zijn de kosten per segment niet meer vergelijkbaar met voorgaande jaren. Hierdoor was de prognose bij de Narap 2022 voorzichtig en bedraagt de afwijking - € 1,7 mln. positief (ca. 3% ten opzichte van de begroting).
Daarnaast is het positief voordeel voor € 0,4 mln. te verklaren door de terugloop van het aantal cliënten bij de gecertificeerde instellingen (jeugdbescherming). Dit heeft te maken met een andere manier van werken en door personeelstekorten bij de jeugdbescherming. Daarnaast zijn de kosten voor persoonsgebonden budgetten (PGB) € 0,2 mln. lager uitgevallen, door actieve sturing en aanpassing van het beleid. Dit is ook een van de kostenbesparende maatregelen geweest waar de raad middelen voor beschikbaar heeft gesteld.

Eigen kracht inwoners
Voor de realisatie van Inloopvoorziening Veldpark wordt de locatie vanaf februari 2023 verbouwd. De hiervoor in 2022 begrote middelen schuiven door naar 2023 (- € 0,24 mln.).
In 2022 is een aantal gestelde doelen niet gehaald. Onder andere de inzet ervaringsdeskundigheid voor kwetsbare groepen, project informatie-ontsluiting en vak ontwikkeling en inzet casusregie gemeentelijke taken personen met verward gedrag zijn niet volledig gerealiseerd in 2022. Dit heeft geleid tot een onderbesteding van € 0,21 mln.
Bij de Jeugdteams was er sprake van een onderbesteding van € 0,28 mln. over 2021 vanwege vacatureruimte o.a. en dus lagere personeelskosten. Omdat de opdracht van het uitvoeren van de jeugdteams ophield vanwege de start van de Stichting en overname van onderneming en personeel is het bedrag teruggestort naar de gemeente.
Op de maatwerkprojecten die door de GGD worden uitgevoerd, is door diverse oorzaken een onderbesteding gerealiseerd van € 0,2 mln. op een totaal maatwerkprojectenbudget van € 4,4 mln.
Voor Mantelzorgwaardering zijn de lasten lager € 0,11 mln. doordat, na het verlagen van de waardering in 2021, minder mantelzorgers de waardering hebben aangevraagd. In de bijlage bij de raadinformatiebrief van december 2022 over mantelzorg is een daling in de verstrekte mantelzorgwaarderingen al gemeld.

Wmo
De totale afwijking op het begrotingsonderdeel Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) bedraagt € 0,1 mln. positief. Daarvan komt het grootste deel  (- € 0,71 mln.) door een lagere consumptie als gevolg van het gewijzigde PGB-beleid waardoor minder PGB’s worden toegekend en de tarieven zijn verlaagd. Daarnaast zien we voor Beschermd Wonen een positief resultaat van -€ 0,35 mln. doordat er een verschuiving is ontstaan door de inkoop Beschermd Wonen in 2021. Hier is voor de dagbesteding een apart product gemaakt. Daarmee werd de werkwijze gelijk aan Wmo-maatwerk. Gevolg daarvan was dat de dagbesteding van deze cliënten ook wordt betaald uit het budget voor Begeleiding in plaats van Beschermd Wonen. Daartegenover was er door de hoge Coronabesmettingen veel ziekteverzuim bij de zorgaanbieders, daardoor moeten we corona meerkosten vergoeden aan deze zorgaanbieders. Het gaat hier om totale meerkosten van € 0,54 mln. In de voor- en najaarsnota is de begroting op Wmo specialistische zorg met € 1,3 mln. verlaagd, omdat uitgaven lager waren dan verwacht. De correctie blijkt nu € 0,78 mln. te groot te zijn geweest. Op het gehele WMO begeleiding budget gaat dit om een verschil van 2,9%
Op het gebied van Aanvullend Openbaar Vervoer zien we dat de kosten € 0,24 mln. lager zijn uitgevallen. Na de Coronamaatregelen zagen we een behoorlijke groei in het aantal ritten en kilometers, vergelijkbaar met de periode voor de Coronamaatregelen. De verwachting was dat het aantal ritten en kilometers voor de rest van 2022 op een vergelijkbaar niveau zou zitten als voor de Coronamaatregelen, als in 2019. Dit is echter niet gebeurd.

Een veilig thuis
De totale afwijking op het begrotingsonderdeel Een veilig thuis is € 1,5 mln. positief. Waarvan € 0,6 mln. effect heeft op het resultaat.
De uitvoering van Plan Blokhuis loopt achter waardoor budgetten niet volledig zijn uitgegeven (- € 0,9 mln.). Onder andere door kosten van Housing First op te vangen binnen het reguliere dak- en thuisloze opvang budget. Een deel van de Blokhuismiddelen zijn doorgeschoven naar 2023. Deze middelen € 0,4 mln. worden ingezet voor de verbouwing van een Jongerenopvang in de K. Katerstraat. De niet bestede Blokhuis middelen van € 0,9 mln. blijven daarom staan in de daarvoor gevormde bestemmingsreserve.
De DUVO middelen zijn bedoeld voor regionale uitgaven rondom het thema Vrouwenopvang, Huiselijk geweld, mensenhandel en Kindermishandeling. De onderbesteding van De Doeluitkering Vrouwenopvang (DUVO) in 2022 is € 0,23 mln., waarvan 0,04 mln. effect heeft op het resultaat. Over 2021 bleken veel subsidie ontvangers een lager resultaat te hebben behaald, dan vooraf was voorzien. Mede als gevolg van de Coronamaatregelen. Dit heeft in 2022 geleid tot het terugstorten van een deel van de subsidies 2021. Daarnaast is niet het gehele bestemde budget 2022 tot uitkering gekomen
Daarvan is € 0,18 mln., zijnde het regionale deel, gedoteerd aan de reserve Vrouwenopvang.

Apparaatskosten
De afwijking op de apparaatskosten bedraagt - € 0,2 mln., deze wordt nader toegelicht in de paragraaf bedrijfsvoering.

Baten
Zie lasten, onderdeel Nationaal Programma Onderwijs. Door de onderbestedingen op Nationaal Programma Onderwijs is minder beroep gedaan op de daarvoor ontvangen specifieke uitkeringen. Daarnaast diverse kleine afwijkingen.

Toevoegingen
Zoals bij de lasten toegelicht, betreft de afwijking op de begroting een toevoegingen van niet bestede middelen Doeluitkering Vrouwenopvang (€ 0,18 mln.)

Onttrekkingen
Zoals bij de lasten toegelicht hebben de afwijkingen op de begroting betrekking op Plan Blokhuis is (€ 0,9 mln.) en de Doeluitkering Vrouwenopvang (€ 0,22 mln.)

Deze pagina is gebouwd op 04/26/2023 18:34:42 met de export van 04/26/2023 18:17:29