Publiekrechtelijk
- Publiekrechtelijk Metropoolregio Amsterdam(Bedragen x €1.000)Metropoolregio AmsterdamRechtsvorm:
De MRA is geen juridische entiteit en heeft geen mogelijkheden om bindende besluiten te nemen. Het is een netwerk waarin wordt samengewerkt met provincies, gemeenten en de VRA. In de Samenwerkingsafspraken 2021 staat hoe de deelnemers met elkaar samenwerken.
Oprichtings-/publicatiedatum:01-01-2007Vestigingsplaats:AmsterdamToezichtsregime:middelOpenbaar belangHet gezamenlijk werken aan onderwerpen die de grenzen van de gemeenten overstijgen. Bijvoorbeeld duurzaamheid, economie, mobiliteit en ruimtelijke vraagstukken, maar ook vanuit een sociaal maatschappelijke invalshoek.
Bestuurlijk belangMetropool Regio Amsterdam (MRA) kent geen bestuurlijke vertegenwoordiging.
Er is in juridische zin geen bestuurlijk belang. Er kunnen binnen de MRA geen bindende besluiten worden genomen, dit is aan de gemeenteraden van de individuele deelnemers. Er is een informeel bestuurdersnetwerk.
Stemverhouding: nvtActualiteiten en risico'sOntwikkelingen
In 2021 zijn de nieuwe Samenwerkingsafspraken vastgesteld door de deelnemers. 2022 was het jaar van de implementatie. De afspraken zijn in de praktijk steeds verder uitgewerkt. Er is bijvoorbeeld voor het eerst een Meerjarenbegroting 2021-2024 opgesteld die voor wensen en bedenkingen naar raden en staten is gestuurd. Ook is er eind 2022 voor het eerst een Termijnagenda opgesteld met op hoofdlijnen de voorgenomen activiteiten voor het komende jaar (2023). Dit is een afgeleide van de MRA Agenda en de Meerjarenbegroting.
Een andere ontwikkeling in 2022 die voortkomt uit de nieuwe Samenwerkingsafspraken is de professionalisering van de MRA Directie (voorheen: MRA Bureau). De deelnemers leveren sinds dit jaar ‘om niet’ capaciteit aan de MRA Directie. Op deze manier kan de MRA Directie uitvoering geven aan de doelstellingen van de samenwerking en MRA Agenda.
In 2022 heeft er ook een eerste overleg van de portefeuillehouders sociaal van gemeenten uit de MRA plaats gevonden. Formeel is dit portefeuillehoudersoverleg (nog) geen onderdeel van de MRA-samenwerking. Als informeel netwerk van bestuurders hebben zij wel afgesproken in 2023 hieraan een vervolg te geven.
Governance
In de MRA Samenwerkings-afspraken is omschreven hoe de samenwerking is vormgegeven. De MRA bestaat uit 30 gemeentes, 2 provincies en de Vervoerregio Amsterdam (VRA). De deelnemende gemeenten werken vanuit zeven deelregio’s. Uitgangspunt hiervoor is de huidige geografische indeling: Amsterdam, Amstelland-Meerlanden, Zuid-Kennemerland, IJmond, Zaanstreek-Waterland, Gooi en Vechtstreek, Almere-Lelystad. Iedere deelregio is met minimaal één afgevaardigde vertegenwoordigd in het Bestuur, de bestuurlijke platforms en de portefeuillehoudersoverleggen. In de Algemene Vergadering is iedere deelnemer vertegenwoordigd.
(1) Algemene Vergadering
- De Algemene Vergadering (AV) is het algemeen bestuur van de MRA.
- Elke deelnemer aan de MRA heeft rechtstreeks zitting in de AV.
- De AV controleert het Bestuur en is de primaire link met de deelnemers.
- In de AV worden financiële en procesmatige kaders gesteld, en wordt het gesprek gevoerd over de langere termijn en de cultuur van de MRA-samenwerking.
- De vergaderingen van de AV gaan niet over inhoudelijke onderwerpen: deze zijn belegd bij de bestuurlijke platforms, de portefeuillehoudersoverleggen en het Bestuur.
(2) Bestuur
- Heeft de dagelijkse leiding over de samenwerking in de MRA.
- Bewaakt de realisatie van de centrale ambitie, de drie inhoudelijke doelen en de samenhang.
- Gezicht naar buiten: coördineert de lobby in Den Haag en Brussel en zorgt dat met één mond wordt gesproken.
- Verantwoordelijk voor draagvlak voor te nemen besluiten.
- Legt verantwoording af aan algemene vergadering.
- Komt maandelijks bijeen.
- Bestaat uit: Burgemeester Amsterdam (voorzitter en formateur), Commissaris van de Koning Noord-Holland, Commissaris van de Koning Flevoland, , en per Bestuurlijk platform één afgevaardigde, niet zijnde de voorzitter (geografisch verdeling) . De directeur van de MRA is secretaris van het bestuur.
(3) Bestuurlijke platforms.
- 3 platforms (Economie, Ruimte, Mobiliteit).
- 3 portefeuillehoudersoverleggen (Bouwen & Wonen, Metropolitaan Landschap en Kunst, Cultuur & Erfgoed).
(4) Raadtafel
- De Raadtafel geeft gevraagd én ongevraagd advies over de processen die de gemeenteraden en Provinciale Staten van de MRA-deelnemers aangaan, waaronder de jaarlijkse Voortgangsnota, de Termijnagenda en het proces van ‘wensen en opvattingen’.
- Alle gemeenteraden en beide Provinciale Staten zijn met één lid vertegenwoordigd in de MRA Raadtafel.
(5) Directie
- ondersteunt het Bestuur, de bestuurlijke platforms (en daaraan gekoppelde andere overleggen) en Algemene Vergadering in al hun werkzaamheden;
- draagt zorg voor een optimale betrokkenheid van raden en Staten bij de MRA-samenwerking en ondersteunt daartoe onder meer de MRA Raadtafel;
- voert de dagelijkse werkzaamheden uit voor de uitvoering van de MRA Agenda;
- voert een actieve interne- en externe communicatie;
- beheert de MRA-financiën en voert daartoe een deugdelijke administratie;
- signaleert en initieert thema’s die regionale afstemming vereisen, en faciliteert het maken van regionale afspraken hierover;
- stelt elke vier jaar een directieplan op, waarin zij inzichtelijk maakt welke inzet nodig is om enerzijds de MRA-samenwerking mogelijk te maken (de kern van de Directie) en anderzijds de uitvoering van de MRA Agenda te bewerkstelligen (de flexibele schil). Het Bestuur komt op basis van dit plan met een voorstel aan de Algemene Vergadering om deze inzet beschikbaar te stellen.
Deelnemers MRA:
- Gemeenten (30)
Aalsmeer, Almere, Amstelveen, Amsterdam, Beverwijk, Blaricum, Bloemendaal, Diemen, Edam-Volendam, Gooise Meren, Haarlem, Haarlemmermeer, Heemskerk, Heemstede, Hilversum, Huizen, Landsmeer, Laren, Lelystad, Oostzaan, Ouder-Amstel, Purmerend, Uitgeest, Uithoorn, Velsen, Waterland, Wijdemeren, Wormerland, Zaanstad, Zandvoort.
- Provincies (2)
Noord-Holland, Flevoland
- Vervoerregio Amsterdam (VRA)
MRA Agenda
De MRA Agenda 2020-2024 vormt het beleidsmatige kader voor de MRA. Op basis van de MRA agenda 2020-2024 wordt gewerkt langs een aantal opdrachten:
- Opdracht 0: De samenwerking verder versterken Metropoolregio Amsterdam
- Opdracht 1: Werk maken van een veerkrachtige, inclusieve en schone economie
- Opdracht 2: Bouwen voor de woningbehoefte en met groei de leefkwaliteit van het geheel versterken
- Opdracht 3: Vaart maken met het metropolitaan mobiliteitssysteem
In 2023 en 2024 wordt gewerkt aan een nieuwe MRA Agenda.
middel - Publiekrechtelijk Recreatieschap Alkmaarder en Uitgeestermeer(Bedragen x €1.000)Recreatieschap Alkmaarder en UitgeestermeerRechtsvorm:
Gemeenschappelijke regeling - openbaar lichaam
Oprichtings-/publicatiedatum:5 april 2007Vestigingsplaats:UitgeestToezichtsregime:middelOpenbaar belangHet Recreatieschap Alkmaarder- en Uitgeestermeer (RAUM) is een samenwerkingsverband van twaalf omliggende gemeenten en de provincie Noord-Holland. Het zet zich in voor:
- het verzekeren van een evenwichtige ontwikkeling van de recreatie en de watersport op en rondom het meer en aangrenzende gebieden;
- het tot stand brengen, bewaren en onderhouden van het landschap en een evenwichtig natuurlijk milieu dat is afgestemd op het onder bovenstaande geformuleerde.
Bestuurlijk belangWethouder Breunesse lid van het Algemeen Bestuur, plaatsvervanging door wethouder Tuijn.
Stemverhouding: 12,5%Actualiteiten en risico'sAlgemeen beeld
Het reguliere programma voor 2022 is voor het grootste deel conform de planning en begroting 2022 uitgevoerd. De voornaamste reguliere werkzaamheden bestaan uit het beheer en onderhoud van de recreatiegebieden, die onder het recreatieschap vallen. Daarnaast beheert het RAUM vastgoedcontracten, die ook opbrengsten genereren. Verder is ook het toezicht houden op het gebruik van de recreatiegebieden bij het RAUM ondergebracht. Tot slot werkt het recreatieschap aan het actueel houden en vernieuwen van het aanbod om aan te sluiten bij wensen en behoeften van de recreant.
Actualiteiten
- Aanpassen van de Gemeenschappelijke Regeling n.a.v. de gewijzigde Wet gemeenschappelijke regeling: de voorbereiding van de aanpassing is begonnen. Dat zal in 2023 leiden tot een voorstel tot aanpassing van de Gemeenschappelijke Regeling Alkmaarder- en Uitgeestermeer.
- Vanuit de vastgestelde visie is in 2022 het uitvoeringsprogramma opgesteld. Gelet op de financiën in het gebiedsdeel A-UM is er nauwelijks ruimte om nieuwe initiatieven te ontplooien. Wel wordt gekeken of bestaande projecten als Natuurontwikkeling Dorregeest en Saskerleidam (fase 2) verder ontwikkeld kunnen worden. Het project waterkwaliteit Zwaansmeer is tijdelijk aangehouden i.v.m. te hoge kosten.
- In 2022 is het amfitheater/recreatieterrein De Hoorne (bij Akersloot) gereed gekomen en geopend.
- Het uitvoeringsprogramma voor IJmond-Zaanstad is verder uitgewerkt qua planning, investeringen, kosten en eventuele opbrengsten. De volgende projecten in dit gebiedsdeel zijn in 2022 opgestart: doorontwikkeling Aagtenpark bij Beverwijk, Haalbaarheidsstudie herontwikkeling De Kil (restant Oer-IJ) en aanleg fietsroute Oer-IJ. Daarnaast ontwikkelt landgoed Rorik (restaurant) en Erfgoedpark de Hoop (inrichting informatiepunt in houtdroogloods) zich verder.
- In 2022 is gebruikt om het pontje Molletjesveer opnieuw in de vaart te brengen. In de nieuwe opzet wordt heet pontje geschikt gemaakt voor elektrificatie en er wordt een schipper en vrijwilligers geworven.
- Realisatie boerenlandpad Busch & Dam – Noorderweg en wandelnetwerk Krommenie-Saendelft.
Risicoprofiel
Het risicoprofiel van deelname aan de gemeenschappelijke regeling is hoog. Het weerstandsvermogen is onvoldoende. De omvang van de huidige algemene reserve (weerstandscapaciteit) is € 45 en ligt onder het niveau van het benodigde weerstandsvermogen van € 390. Het bestuur van het RAUM heeft besloten aan te sluiten bij het uitgangspunt van de regio Noord-Kennemerland om slechts een beperkte algemene reserve aan te houden voor de GR: de norm is 2,5% van de lasten. De consequentie hiervan is dat een beroep op de participanten gedaan moet worden indien de risico's die zich voordoen het bedrag van de algemene reserve overschrijden.
Financieel beeld
De coronapandemie van de afgelopen jaren resulteerde voor het recreatieschap in extra kosten en het wegvallen van exploitatie inkomsten. Dat ging ten koste van de reserves van het recreatieschap. In die jaren is geprobeerd de kosten laag te houden. Economische onzekerheden, de inflatie en de loon- en prijsstijgingen (zoals energie, staal en hout) in 2022 leiden opnieuw tot de noodzaak om te besparen of tot het overschrijden van de begroting. En dat gaat weer ten koste van de reserves. De algemene prijsstijging van goederen en diensten is volgens de consumentenprijsindex in juni 2022 zelfs 8,6%. De begroting 2022 van het recreatieschap voorziet daar niet in. De prijzen zullen naar verwachting ook niet meer dalen naar het niveau van 2021. Dit betekent, dat in 2023 de kosten wel omhoog gaan en worden doorberekend in de participantenbijdrage (hogere indexering). Door de groei van het aantal bezoekers gedurende de Coronatijd zijn de kosten van schoonmaak, onderhoud en toezicht (als gevolg van vandalisme en overlast) ook omhoog gegaan. Daar stonden geen extra inkomsten tegenover.
Financieel beleid staat al enige jaren in het teken van het bereiken van evenwicht in inkomsten en uitgaven. In de Kadernota 2023 zijn de kaders en de financiële uitgangspunten voor het jaarprogramma 2023 aangegeven. Ten aanzien van het deelgebied A-UM heeft de gemeente als zienswijze meegegeven, dat er in 2022 meer duidelijkheid over het lange termijn evenwicht van investeringen, kosten en de dekking daarvan voor dit deelgebied gaat komen. Daarbij wordt geduid op de diverse financieringsmogelijkheden, zoals subsidies, leningen en cofinanciering om een structureel sluitende meerjarenbegroting voor dit deelgebied te realiseren. Helaas is een dergelijke uitwerking in 2022 niet gelukt. De Kadernota 2024 geeft aan, dat bij de aanbieding van de programmabegroting 2024 een dergelijk beeld zal worden geschetst.
Het verwachten financieel resultaat over 2022 volgens de Najaarsrapportage 2022 van het RAUM eindigt met een positief saldo:
- Deelgebied Alkmaarder- en Uitgeestermeer: -/- € 110.992 negatief
- Deelgebied IJmond – Zaanstad € 240.223 positief
- Totaal € 129.231 positief
Financiële positie
Een sluitend meerjarenperspectief ter dekking van groot onderhoud voor het deelgebied Alkmaarder- en Uitgeestermeer met de huidige financiële middelen is onzeker. Voorstellen hieromtrent zullen in de eerste helft van 2023 aan de orde komen. De reservepositie van het deelgebied IJmond-Zaanstad is goed. Het berekende weerstandsvermogen is voldoende.
Risico’s en beheersmaatregelen
Risico’s:
- Nadelig effect nieuwe wet Vennootschapsbelasting
Beheersmaatregelen:
- Investeren in verdienvermogen en duurzaam beheer
middel - Publiekrechtelijk GGD Zaanstreek Waterland(Bedragen x €1.000)GGD Zaanstreek WaterlandRechtsvorm:
Gemeenschappelijke regeling - openbaar lichaam
Oprichtings-/publicatiedatum:01-09-2016Vestigingsplaats:ZaandamToezichtsregime:hoogOpenbaar belangGGD Zaanstreek-Waterland beschermt, bewaakt en bevordert de gezondheid en de sociale veiligheid van alle mensen in de regio. Daarbij staat een preventieve en collectieve aanpak voorop, met specifieke aandacht voor bevordering van participatie en ondersteuning van de eigen regie van mensen. Als uitvoeringsorganisatie van de gemeenten sluit de GGD aan bij de gemeentelijke verantwoordelijkheden in het sociaal domein.
Bestuurlijk belangEen lid van het Algemeen Bestuur (AB) heeft in de vergadering van het AB één stem. In die gevallen waarin Zaanstad en Purmerend zwaarwegende bezwaren hebben tegen een voorstel en met het oog daarop tegenstemmen, leidt die tegenstem tot verwerping van het voorstel. Het voorgaande is niet van toepassing op het voorstel tot vaststelling van de begroting respectievelijk de jaarrekening van de GGD. Wethouder Onclin is lid van het AB, plaatsvervanger wethouder Slegers.
Stemverhouding: 12%Actualiteiten en risico'sOntwikkelingen
Terugblik 2022
- Effecten van Corona
- Ontwikkelingen Veilig Thuis
- Onderzoek jongerenwerk/straathoekwerk
- Ontwikkelingen toegang jeugdzorg
- GGD 3.0
In 2022 is het GGD traject GGD 3.0 daadwerkelijk gestart. Dit traject, dat in gezamenlijkheid tussen GGD en gemeenten wordt uitgevoerd, richt zich op 3 hoofdlijnen: financiën, regionale gezondheidsvisie en governance structuur. Het traject heeft tot doel om te komen tot een meer transparante organisatie, die regionale en lokale taken uitvoert waar overeenstemming over is en die aansluiten bij een gedeelde visie.
Risicoprofiel
Gemeenten zijn wettelijk verplicht om een GGD in stand te houden voor de uitvoering van de taken op het gebied van de publieke gezondheidszorg. Het risicoprofiel van de GGD is hoog: de financiële bijdrage in de Gemeenschappelijke Regeling is groot (ruim € 6,6 mln.in 2022 obv meerjarenbegroting 2022-2025), terwijl de gemeente Zaanstad, in verhouding tot deze financiële bijdrage, maar beperkte invloed heeft in het Algemeen Bestuur. Iedere gemeente heeft één stem. Dit betekent voor Zaanstad een stemverhouding van 12% en een financiële bijdrage van 48% in het gemeenschappelijke deel. De politieke en maatschappelijke betrokkenheid zijn eveneens groot: de activiteiten van de GGD betreffen de gezondheid van de inwoners. Een probleem op het gebied van volksgezondheid haalt direct de pers en heeft zijn weerslag op de politiek.
Een actuele reden voor hoge risicoprofilering is de noodzaak om van de GGD een meer toekomstbestendige organisatie te maken.
Financiële positie
Jaarrekening 2022
De conceptcijfers over de jaarrekening 2022 zijn nog niet beschikbaar. Bij de halfjaarrapportage over 2022 werd een negatief jaarresultaat van € 350.000 verwacht (nadeel). Incidenteel is extra inzet gepleegd voor GGD 3.0 en versterking van het management. Daar tegenover staan ook incidentele meevallers als gevolg niet ingevulde vacatureruimte. Structureel laat de begroting van bedrijfsvoering een omvangrijk tekort van ongeveer € 700.000 zien. Er is onvoldoende dekking voor de kosten van de bedrijfsvoering. Daarbij is vanuit onderzoek geadviseerd om de bedrijfsvoering van de GGD te versterken. Hiervoor worden via de Kadernota 2024 van de GGD extra middelen gevraagd.
Weerstandsvermogen
Het algemeen bestuur heeft op 8 april 2022 besloten om een minimaal weerstandsvermogen van 5% van de deelnemersbijdrage te hanteren én om de huidige benoemde risico’s te kwantificeren in de begroting.
De incidentele weerstandscapaciteit bestaat uit de algemene reserve wettelijke taken en de algemene reserve markttaken:
- De algemene reserve wettelijke taken heeft ultimo 2021 een omvang van € 612.891.
- De algemene reserve markttaken heeft ultimo 2021 een omvang van € 124.397.
Risico’s en beheersmaatregelen
In de begroting 2023-2026 benoemt de GGD als risico:
- Eigen risicodrager WW-verplichting. Dat betekent dat bij ontslag of einde dienstverband (bij tijdelijke aanstellingen) de eventueel uit te betalen WW-uitkering verhaald wordt op de GGD.
- Omvang van de projectenportefeuille. De projectenportefeuille voorziet voor een groot deel in de dekking van de overhead van de GGD. Mocht de omvang van de projectenportefeuille worden verkleind, dan wordt de bijdrage vanuit de projecten in de overhead van de Gemeenschappelijke Regeling kleiner waardoor de lasten in de Gemeenschappelijke Regeling onder druk komen te staan.
- Calamiteiten binnen het taakveld van de GGD. Als zich in de regio calamiteiten voordoen die een bedreiging vormen voor de volksgezondheid (bijvoorbeeld uitbraak infectieziekte), of in het kader van de rampenbestrijding inzet vragen van de GGD, zullen hieruit kosten voortvloeien. Met deze kosten is in de begroting geen rekening gehouden.
Wij vullen deze risico’s vanuit onze gemeentelijke risico-inventarisatie aan met:
- De decentralisaties leiden tot meer verscheidenheid in (de uitvoering van) beleidskeuzes bij de deelnemende gemeenten op gebieden als participatie en (jeugd)gezondheidszorg. Wanneer de behoeften of verwachtingen van de gemeenten in de GR uiteen gaan lopen als het gaat over dienstverlening en bekostiging, maar slechts gestuurd kan worden met elkaar, dan kan een bestuurlijk spanningsveld ontstaan. Het risico is dat geen vorm gevonden wordt om ruimte te bieden aan het eigen beleid van de deelnemende gemeenten en dat de dienstverlening van de GGD aan de inwoners van Zaanstad niet in overeenstemming is met de wens van het bestuur.
- Toekomstbestendigheid van de organisatie van de GGD. Er zijn nu meerdere knelpunten op het gebied van bedrijfsvoering. Het Dagelijks bestuur heeft inmiddels de Kadernota voor 2024 aangeleverd voor zienswijze. Hierin staan een aantal punten opgenomen die noodzakelijk zijn om de bedrijfsvoering weer op orde te krijgen, de stabiliteit van de GGD te versterken en beter voorbereid te zijn op toekomstige ontwikkelingen. Aan de gewenste investeringen op bedrijfsvoering zit een prijskaartje. Of en in welke mate dit kan worden gehonoreerd zal worden afgewogen via de zienswijzen op de Kadernota en Begroting 2024 van de GGD en de Voorjaarsnota en Begroting 2024 van de gemeente Zaanstad.
- De GGD merkt dat de achterstanden in dienstverlening als gevolg van de Coronamaatregelen eind 2022 nog niet volledig zijn ingelopen. Daarnaast speelt de krapte op de arbeidsmarkt mee bij het kunnen aantrekken van personeel, voornamelijk rondom de taken op het gebied van de jeugdgezondheidszorg. Hierdoor kan de dienstverlening niet altijd met de gewenste frequentie plaatsvinden.
Beheersmaatregelen
- Om samen te kunnen blijven sturen is het van belang dat in het bestuur gesproken kan worden over de belangen van individuele gemeenten en dat oplossingen gezocht en gevonden worden die zoveel mogelijk recht doen aan de ruimte die gemeenten vragen. Dit vraagt bereidheid van alle deelnemers, maar zeker ook van het GGD management, om met gevoel voor verhoudingen en rollen deel te nemen aan de discussies en een open dialoog te faciliteren. Zaanstad zal hier aandacht voor blijven vragen.
- De GGD wordt verzocht om de gemeente tijdig te informeren over eventuele wijzigingen in het compensatiebeleid van het Rijk, zodat de gemeente (eventueel in VNG verband) invloed kan uitoefenen op de compensatieafspraken.
- De contractmanager, kennisspecialist gezondheid en kennisspecialist jeugd hebben minimaal twee keer per jaar overleg met het Management team van de GGD over de resultaten en financiën van de contracttaken om zo vroeg mogelijk aan te kunnen geven of een contracttaak zal worden beëindigd.
- Door intern goed te blijven afstemmen met betrekking tot de GGD ontstaat er meer grip op de uitvoering en kosten van taken van de GR-GGD en de overige niet GR-taken (contracttaken) van de GGD. Sinds 2022 vindt deze interne afstemming zoveel mogelijk integraal plaats tussen alle betrokken afdelingen (kennis, business control, contractmanagement en waar nodig Staf).
- De GGD is gevraagd om een plan van aanpak op te stellen voor de aanpak van de knelpunten binnen de JGZ. Dit plan wordt voorgelegd aan Zaanstad ter goedkeuring, waarna de uitvoering ervan moet starten. De verwachting is dat dit in het eerste kwartaal van 2023 zijn beslag krijgt.
hoog - Publiekrechtelijk Vervoerregio Amsterdam(Bedragen x €1.000)Vervoerregio AmsterdamRechtsvorm:
Gemeenschappelijke regeling - openbaar lichaam
Oprichtings-/publicatiedatum:7 maart 2017Vestigingsplaats:AmsterdamToezichtsregime:middelOpenbaar belangDe Vervoerregio Amsterdam heeft als doel het, door samenwerking van gemeenten, oplossen van regionale problemen en benutten van regionale kansen in de regio Amsterdam.
Bestuurlijk belangWethouder Slegers is lid van het AB/DB.
De wethouder van Amsterdam is voorzitter van het DB en tevens voorzitter van de Regioraad
Stemverhouding: 11,3%Actualiteiten en risico'sOntwikkelingen
Veranderende mobiliteitsontwikkelingen
De rijksregeling BVOV (beschikbaarheidsvergoeding OV) voor 2022 was verlengd van september 2022 tot en met december 2022. De raad is hier tevens nog op 20 december 2022 over geïnformeerd tijdens de regioraadsbijeenkomst bij de VRA. In de Zaanstreek weten de reizigers met ruim 90% het openbaar vervoer het beste terug te vinden ten opzichte van de andere regiodelen, en daardoor is in 2022 ook geen gebruik gemaakt van de BVOV. In de andere regio’s gold dat er wel deels aanspraak is gemaakt.
Vervoerregio Amsterdam wordt aandeelhouder GVB
In Amsterdam gaan er zaken rondom de OV-samenwerking veranderen zodat er goed OV is en blijft voor de reiziger. Eén van de beoogde veranderingen is dat de Vervoerregio aandeelhouder wordt van vervoerder GVB. Hiervoor moet de Gemeenschappelijke Regeling Vervoerregio Amsterdam gewijzigd worden. Eind 2021 is in de regioraadsvergadering instemming bereikt en is de gemeenschappelijke regeling aangepast.
Aanbestedingsproces concessiegebied Zaanstreek-Waterland
Op dit moment verzorgt Connexxion het openbaar vervoer in de Zaanstreek. De Vervoerregio Amsterdam heeft op 23 juni de concessie Zaanstreek-Waterland gegund aan vervoerder EBS en vanaf december 2023 biedt EBS het openbaar vervoer aan in de samengevoegde concessie Zaanstreek-Waterland. EBS biedt op de R-net lijnen ten opzichte van het Programma van Eisen meer ritten in de spits, maar ook tussen de spitsperioden en in de avond. In het najaar zijn bestuur en raadsleden op hoofdlijnen bijgepraat over de inhoud van de bieding van EBS. Op dit moment wordt er hard gewerkt aan voorbereidingen voor de nieuwe concessie. In het PHO bereikbaarheid van 25 januari zullen de bestuurders verder worden bijgepraat over de stand van zaken. Daarbij wordt onder andere kort ingegaan op welke momenten EBS de portefeuillehouders, gemeenteraadsleden, Reizigers Advies Raad en Regioraad uitgebreider zullen informeren / consulteren.
Risicoprofiel
Financiële positie
Jaarrekening 2022
De jaarrekening over 2022 is nog niet beschikbaar.
Begroting 2023-2026
In de laatste regioraadsvergadering is een eerste wijziging van de begroting voor 2023 besproken. Deze begrotingswijziging voor 2023 vertaalt de ambities van het Bestuursakkoord en de afspraken die in het BO MIRT van 11 november 2022 met het Rijk zijn gemaakt naar de consequenties voor de begroting. Bij aanbieding van de eerste begroting werd tevens al een mogelijke begrotingswijziging aangekondigd.
De wijzigingen in de begroting van 2023 zijn grofweg onder te verdelen in 3 categorieën:
- Financiële gevolgen van bestuursakkoord en afspraken n.a.v. het MIRT (extra budget voor: herstel OV, prijsstijgingen projecten en OV-schaalsprongprojecten)
- Technische en kleine aanpassingen
- Doorschuiven budgetten projecten die volgen uit de 1e bestuursrapportage
Er zijn hierop een aantal inspraakmogelijkheden:
- De raad heeft de mogelijkheid om de VRA uit te nodigen voor nadere toelichting en eventuele technische vragen over de inhoud van de begrotingswijziging.
- Tevens is/was er de mogelijkheid om tot driemaal te reageren tijdens regioraadsoverleg van 22 december 2022, op de regioraad van 3 maart 2023 en op 9 mei 2023.
Risico's en beheersmaatregelen
- Corona Pandemie; de afname van OV-reizigers door COVID-19 kan leiden tot liquiditeitsproblemen bij de vervoerbedrijven. De beschikbaarheidsvergoeding van het Rijk is toegezegd tot en met eind 2022 → Om het vervoeraanbod aan te laten sluiten op de veranderde mobiliteitsbehoefte dienen andere accenten of prioriteiten in de meerjarenbegroting, investeringsprogramma’s en beleid te worden gelegd. De VRA neemt hierin de regie.
- Zuidasdok; het project zorgt voor een betere bereikbaarheid van de Amsterdamse Zuidas en het noordelijke deel van de Randstad. Stagnatie van het project raakt ook andere ambities, zoals aanpassingen op Amsterdam CS → Om de voortgang gaande te houden, is er continu overleg met Amsterdam en het Rijk.
- Woningbouwopgave MRA; in een vroege fase moet al rekening worden gehouden met de toekomstige mobiliteitsbehoefte. Bij het Rijk staat echter het denken over de bouwopgave centraal. Dit kan leiden tot onwenselijke mobiliteitspatronen of complexe mobiliteitsopgaven naderhand → De VRA is in allerlei gremia actief om de belangen van mobiliteit voor het voetlicht te brengen bij de planvorming.
- Tekort laadcapaciteit; het elektriciteitsnetwerk raakt vol hetgeen effect heeft voor de beschikbaarheid van laadcapaciteit voor elektrische bussen en de geplande instroom van elektrische bussen → De gemeente Amsterdam maakt deel uit van een taskforce om met oplossingen te komen. De VRA en GVB zijn via Amsterdam aangesloten hierbij.
- Duuzaamheidsambitie; voor het behalen van de duurzaamheidsdoelstellingen moeten veel partijen op veel niveaus in de regio samenwerken. De sturings- en beïnvloedingsmogelijkheden van de VRA zijn beperkt → De VRA houdt vinger aan de pols vanuit het programma Schoon en duurzaam en draagt zelf bij door in de bedrijfsvoering te werken op het hoogste niveau 5 van de duurzaamheidsprestatieladder.
middel - Publiekrechtelijk Centraal Nautisch Beheer(Bedragen x €1.000)Centraal Nautisch BeheerRechtsvorm:
Gemeenschappelijke regeling - bedrijfsvoeringsorganisatie
Oprichtings-/publicatiedatum:18-03-1994Vestigingsplaats:AmsterdamToezichtsregime:middelOpenbaar belangHet Centraal Nautisch Beheer (CNB) heeft als doel het verkrijgen van eenheid in het beleid en de uitvoering van taken van gemeenten en het rijk die betrekking hebben op het scheepvaartverkeer binnen het Noordzeekanaalgebied. De regeling is ook bedoeld om een bijdrage te leveren aan het verbeteren van infrastructurele voorzieningen en de toegankelijkheid van de vaarweg.
Bestuurlijk belangWethouder Slegers is lid van het bestuur, plaatsvervanger wethouder Onclin.
Stemverhouding: 15%Actualiteiten en risico'sAlgemeen beeld
Het Centraal Nautische Beheer draagt zorg voor de begeleiding van het scheepvaartverkeer in het Noordzeekanaalgebied en het toezicht op de verwijdering van scheepsafval en veiligheidsaspecten rondom het scheepvaartverkeer.
Ontwikkelingen
- In 2022 zijn de corona-maatregelen grotendeels afgeschaald.
- Een belangrijke mijlpaal in 2022 is de oplevering van de nieuwe Zeesluis in IJmuiden.
- CNB blijft uit oogpunt van nautische belangen nauw betrokken bij ruimtelijke ontwikkelingen in de regio, zoals de inrichting van het IJ.
- Het monitoren van de Noordzee ten aanzien van scheepvaartontwikkeling en klimaatverandering.
- Het actualiseren van het Havenveiligheidsplan Noordzeekanaalgebied.
- In het kader van schone scheepvaart het veilig bunkeren van nieuwe brandstoffen waaronder waterstof en methanol in het Noordzeekanaalgebied mogelijk te maken.
- Er is gewerkt aan technische en inhoudelijke aanpassingen van de Regionale Havenverordening 2019. De inhoudelijke aanpassingen hebben betrekking op nieuwe regels t.a.v. gevaarlijke stoffen, het ontgassen en ontsmetten van scheepsladingen. Bestuurlijke besluitvorming hierover zal in 2023 plaatsvinden.
- De invoering van nieuwe Europese richtlijn voor havenontvangstvoorzieningen heeft gevolgen voor het Havenafstoffenplan. Door de hogere afgifterechten/vergoedingen en als gevolg daarvan hogere milieuheffingen zijn de tarieven in 2022 aangepast. De nieuwe tarieven werken ook door in de Meerjarenbegroting.
- Impact van de EU-sancties als gevolg van de oorlog in Oekraïne voor het Noordzeekanaalgebied is beperkt. Vooralsnog betreffen dit beperkingen ten aanzien van Russische schepen die op de sanctielijst staan. Daarnaast gelden beperkingen op specifieke ladingstromen. De douane is de bevoegde autoriteit om hierop te handhaven. Daarnaast zijn vanuit Havenbedrijf Amsterdam extra beveiligingsmaatregelen getroffen in het Noordzeekanaalgebied. Er wordt extra gelet op de Ship Security Pre-arrival Information van binnenkomende zeeschepen. Daarnaast zijn de ISPS-faciliteiten gevraagd om extra alert te zijn. Ook zijn er extra maatregelen getroffen op het gebied van cybersecurity.
- Door de impact van de droogte afgelopen zomer is het schutregiem in de monding van het Noordzeekanaal beperkt geweest. Vanaf 19 juli mochten er per dag maximaal 7 schuttingen plaatsvinden waarbij het gebruik van de Noordersluis als 1 schutting telt. Aangezien de Zeesluis IJmuiden groter is, telt deze voor twee als deze wordt gebruikt. Inmiddels zijn de beperkingen opgeheven. Ter beperking van de impact van de verzilting mede als gevolg van de droogte wordt een selectieve ontrekkingsinstallatie gebouwd naast het Sluizencomplex in IJmuiden die zout water afvoert naar zee Deze is volgens planning gereed eind 2024 of begin 2025.
- Nagaan in welke mate de gewijzigde Wet gemeenschappelijke regeling leidt tot aanpassing van de gemeenschappelijke regeling CNB Noordzeekanaalgebied. Besluitvorming hierover zal in de tweede helft van 2023 worden aangeboden.
Risicoprofiel
Het risicoprofiel van de gemeenschappelijke regeling Centraal Nautisch Beheer Noordzeekanaalgebied is "gemiddeld" laag. Financieel draagt de gemeente Zaanstad nauwelijks bij in de gemeenschappelijke regeling. Het Havenbedrijf Amsterdam NV draagt het exploitatiesaldo. Zaanstad heeft 15% van de stemmen in het Algemeen Bestuur.
Financiële positie
In de opzet van de Gemeenschappelijke regeling CNB draagt het Havenbedrijf van Amsterdam NV het exploitatiesaldo. Er zijn per balansdatum geen activa en passiva: daarom is er geen balans is opgenomen in de jaarrekening CNB. Zaanstad draagt jaarlijks via een vaste bijdrage (€ 11.000,--) aan de uitvoering van verscheidenen taken van het CNB bij .
Risico's en beheersmaatregelen
Risico's
Havenbedrijf Amsterdam NV hanteert een systeem van risicomanagement gebaseerd op Enterprise Risk Management (COSO-ERM). Risico’s op verschillende deelgebieden zijn geïnventariseerd en geclassificeerd op basis van kans en mogelijke impact. Periodiek wordt deze inventarisatie herhaald om gewijzigde of nieuwe risico’s tijdig te kunnen onderkennen.
Beheersmaatregelen
Vanuit de verbonden partij zelf.
Het CNB heeft geen eigen weerstandsvermogen. De publieke taakuitoefening is door het CNB gemandateerd aan de Havenmeester Amsterdam van Havenbedrijf Amsterdam NV. De governance-regels waaraan Havenbedrijf Amsterdam NV moet voldoen, onder andere die van solvabiliteit en liquiditeit, waarborgen dat onverwachte financiële tegenvallers de publieke taakuitoefening niet in gevaar brengen. Naar de aard van de werkzaamheden is Divisie Havenmeester van het Havenbedrijf Amsterdam NV ingericht op het beheersen van mogelijke risico’s aan de hand van de vijf productlijnen in het havenmeesterproces.
Beheersmaatregelen lopen uiteen van:
- goed opgeleid personeel (regelmatige oefening en bijscholing, eigen simulator);
- up-to-date-systemen en technische infrastructuur tot heldere processen & procedurebeschrijvingen met duidelijke bevelstructuur;
- het onderhouden van nauwe contacten met belangrijke externe belanghebbenden zoals Rijkswaterstaat;
- periodieke evaluatie of de bestaande beheersmaatregelen nog afdoende zijn en of aanvullende maatregelen nodig zijn.
Vanuit gemeente Zaanstad:
- Begroting en jaarrekening van de afgelopen drie jaren zijn beschikbaar.
- Zaanstad neemt deel aan het Algemeen bestuur van CNB. Minimaal twee keer per jaar is er een bestuursvergadering. De vaststelling van de begroting en jaarrekening vindt plaats in het Algemeen bestuur CNB. Alvorens de jaarstukken ter vaststelling voor te leggen, kunnen de gemeenteraden jaarlijks een zienswijze geven op de jaarstukken.
- Zaanstad participeert in het Beleidsoverleg van het CNB. Dat komt elke twee maanden bij elkaar.
- Voorstellen van Verbonden Partijen tot aanpassing van de statuten en gemeentelijke deelname worden altijd besproken met sector Strategie en Control.
middel - Publiekrechtelijk Veiligheidsregio Zaanstreek Waterland(Bedragen x €1.000)Veiligheidsregio Zaanstreek WaterlandRechtsvorm:
Gemeenschappelijke regeling - openbaar lichaam
Oprichtings-/publicatiedatum:26 januari 2017Vestigingsplaats:ZaandamToezichtsregime:hoogOpenbaar belangDoor intergemeentelijke samenwerking uitvoering geven aan:
a. het inventariseren van risico’s van branden, rampen en crises;
b. het adviseren van het bevoegd gezag over risico’s van branden, rampen en crises in de bij of krachtens de wet aangewezen gevallen alsmede in de gevallen die in het beleidsplan zijn bepaald;
c. het adviseren van het college van B&W over de taak, bedoeld in artikel 3, eerste lid;
d. het voorbereiden op de bestrijding van branden en het organiseren van de rampenbestrijding en de crisisbeheersing;
e. het instellen en in stand houden van een brandweer;
f. het instellen en in stand houden van een GHOR;
g. het voorzien in de meldkamerfunctie;
h. het aanschaffen en beheren van gemeenschappelijk materieel;
i. het inrichten en in stand houden van de informatievoorziening binnen de diensten van de veiligheidsregio en tussen deze diensten en de andere diensten en organisaties die betrokken zijn bij de onder d, e, f, en g genoemde taken.
Bestuurlijk belangBurgemeester Hamming is voorzitter van het AB, vervanging wethouder Van der Laan.
Stemverhouding: 12,8%Actualiteiten en risico'sOntwikkelingen
- Corona & de VrZW
- Energietransitie
- Traject taakdifferentiatie brandweervrijwilligers vertraagd
- Invoering Omgevingswet
- Evaluatie wet veiligheidsregio’s
- Huisvesting Prins Bernardplein
Risicoprofiel
Financiële positie
De begroting van VrZW bedraagt in 2022 € 33,3 miljoen. Het budget van VrZW wordt gevormd door de bijdrage van het Rijk in de Brede doeluitkering Rampen (BDUR) en de bijdragen van de gemeenten.
In de kaderbrief 2022 is besloten tot een verhoging van de gemeentelijke bijdrage (€ 112.000) ter dekking van de hogere huurkosten van de het pand op de Prins Bernhardplein in Zaanstad. Deze huurverhoging is het gevolg van een verbouwing van de werkplaatsen. Deze verbouwing wordt gefinancierd door gemeente Zaanstad (eigenaar pand) en doorbelast aan de Veiligheidsregio.
Vanwege de herindeling van de gemeenten Beemster en Purmerend (per 1-1 -2022) is de bijdrage van de gemeente Beemster vanaf 2022 samengevoegd met die van gemeente Purmerend.
Reactie zienswijze
Gemeente Zaanstad heeft een positieve zienswijze gegeven op de begroting, de begroting is in juli conform vastgesteld in het Algemeen Bestuur. De vraag van gemeente Zaanstad “In hoeverre begroot de VrZW structureel te hoog, en kan de gemeentelijke bijdrage naar beneden bijgesteld worden? wordt als volgt beantwoord:
Nee, er is geen sprake van structurele meevallers of onderbestedingen. De gemeentelijke bijdrage is al lager als gevolg van de eerder doorgevoerde structurele bezuinigingen. Dit terwijl het aantal inwoners met 3% is gestegen. Verdere verlaging van de begroting heeft als risico dat de kwaliteit van de dienstverlening lager wordt. De huidige werkwijze geeft bovendien meer financiële rust.
Jaarrekening 2022
De begroting van VrZW bedraagt in 2022 € 33,3 miljoen.
Op 8 juli jl. is de 1e bestuursrapportage 2022 door het Algemeen Bestuur vastgesteld met een nihil exploitatiesaldo. Met de voorgestelde wijzigingen uit deze 2e bestuursrapportage komt het verwachte exploitatiesaldo uit op € 159.000 voordelig.
Het jaar 2022 werd gekenmerkt door de vluchtelingencrisis. Het Rijk heeft de 25 Veiligheidsregio’s betrokken bij het realiseren van opvang voor de groep Oekraïners vanwege de inval van Rusland in Oekraïne. Voor de regio Zaanstreek-Waterland betekende dit het realiseren van gemeentelijke (crisis)noodopvanglocaties voor 2.371 Oekraïense ontheemden. Om dit evenredig te verdelen in de regio is een quotum per gemeente vastgesteld. VrZW heeft een coördinerende rol gekregen om de gemeenten te ondersteunen bij het realiseren van locaties. Daarnaast is er in Assendelft een crisisnoodopvang gerealiseerd voor 225 vluchtelingen. Voor de opvang van asielzoekers is een projectorganisatie ingesteld onder regie van de VrZW. Bij de voorbereiding en uitvoering is nauw contact onderhouden met medewerkers van de gemeente Zaanstad en verschillende organisaties die actief zijn in Assendelft.
Door het Algemeen Bestuur van Veiligheidsregio Zaanstreek Waterland (VrZW) is het Regionaal repressief dekkingsplan 2022-2025 vastgesteld. Er zijn vier knelpunten geconstateerd die de continuïteit van de brandweerzorg onder druk zetten: het in de toekomst niet meer mogen kazerneren en consigneren van vrijwilligers vanwege Europese regelgeving, de afnemende beschikbaarheid van duikteams en redvoertuigen, de bereikbaarheid van posten in de stedelijke omgeving die steeds lastiger wordt en het dalende aanbod van voldoende vrijwilligers. Het Algemeen Bestuur van Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland (VrZW) heeft opdracht gegeven om de inrichting van de repressieve brandweerzorg via een geleidelijke weg meer toekomstbestendig te maken, startend met het op orde brengen van de basis in met name het zuidelijk deel van Zaanstad.
Risico's en beheersmaatregelen
Risico's
- De dubbele rol van de gemeente Zaanstad in het Algemeen Bestuur in de rol van voorzitterschap en de rol van vertegenwoordiging van Gemeente Zaanstad kan leiden tot conflicterende belangen.
- Onvoldoende sturing op de exploitatie van de restcapaciteit van het oefencentrum voor commerciële activiteiten. De Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland is verantwoordelijk voor de uitvoering van de exploitatie van het oefencentrum, Gemeente Zaanstad kan hier beperkt op sturen, maar is wel financieel verantwoordelijk.
Beheersmaatregelen
- In samenwerking met de andere gemeenten in Zaanstreek-Waterland wordt het proces om te komen tot een integraal (ambtelijk) advies aan de burgemeesters in het veiligheidsbestuur op belangrijke financiële / beleidsvraagstukken gemonitord.
- De gemeenteraad wordt jaarlijks de mogelijkheid gegeven haar zienswijze te geven inzake de (meerjaren)programmabegroting van de VrZW. Daarnaast is de VrZW transparant met haar overige P&C producten zoals de bestuursrapportages en de jaarrekening.
hoog - Publiekrechtelijk Rekenkamer Metropool Amsterdam(Bedragen x €1.000)Rekenkamer Metropool AmsterdamRechtsvorm:
Gemeenschappelijke regeling - gemeenschappelijk orgaan
Oprichtings-/publicatiedatum:20 augustus 2015Vestigingsplaats:AmsterdamToezichtsregime:laagOpenbaar belangDeze regeling is aangegaan om gezamenlijk een rekenkamer in te stellen. Dit is wettelijk verplicht. Het betreft een gemeenschappelijk orgaan.
Bestuurlijk belangDe rekenkamer heeft één lid. Dit lid is tevens directeur. De raden benoemen het lid van de rekenkamer op voordracht van een afvaardiging van de raden door een gelijkluidend besluit. Geen afvaardiging van een collegelid in deze regeling.
Stemverhouding: nvtActualiteiten en risico'sOntwikkelingen
In de gemeenschappelijke regeling is geregeld dat de raden van de deelnemende gemeenten voor een periode van zes jaar hun jaarlijkse bijdrage aan de rekenkamer vaststellen. De huidige afspraak loopt tot en met het kalenderjaar 2021. Na afloop van de zes jaren maakt de rekenkamer een voorstel voor een eindafrekening met de gemeenten. Hierbij besteedt zij aandacht aan de gewenste startreserve voor de nieuwe periode. Daarnaast vindt een verrekening plaats voor meer- of minder geleverde onderzoeksinspanningen in verhouding tot de ontvangen financiële bijdragen.
Vanwege het aantreden van een nieuwe bestuurder per 1 maart 2022 heeft het presidium van Amsterdam, in overleg met betrokken raadsleden uit Zaanstad, besloten
de huidige bijdragen nog voor één jaar te baseren op de bijdragen van de voorgaande jaren. In het Overlegorgaan RMA is besproken dat de periode van afrekening om die reden ook met een jaar wordt verlengd.
Risicoprofiel
Financiële positie
Jaarrekening 2021
De jaarrekening 2021 heeft een positief resultaat van € 62.251, het resultaat is als volgt bestemd:
- Toevoeging reserve symposium Waardevol bestuur € 15.000
- Toevoeging algemene reserve € 47.251
RMA houdt een algemene reserve aan van tussen de 10 en 15% van de te ontvangen jaarlijkse bijdragen. Eind 2023 bedraagt de algemene reserve naar verwachting circa € 349.000 of 14,5% van de jaarlijkse bijdragen. Wanneer de algemene reserve boven de 15% uitkomt, wordt in overleg met het Overlegorgaan RMA nagegaan hoe die middelen worden bestemd.
Begroting 2023 - 2026
De bijdragen voor 2023 zijn gebaseerd op de afspraak die gold voor de periode 2016-2021.
Het saldo van baten en lasten voor 2023 wordt begroot op € 46.770 (negatief). Dit tekort komt door de begrote kapitaallasten voor ICT- en huisvestingsinvesteringen. Door € 46.770 te onttrekken aan de bestemmingsreserves, ontstaat er een sluitende begroting.
Zienswijze
De raad van Zaanstad heeft een positieve zienswijze afgegeven en de begroting is ongwijzigd vastgesteld door het bestuur van de RMA.
laag - Publiekrechtelijk Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied(Bedragen x €1.000)Omgevingsdienst NoordzeekanaalgebiedRechtsvorm:
Gemeenschappelijke regeling - openbaar lichaam
Oprichtings-/publicatiedatum:17 december 2015Vestigingsplaats:ZaandamToezichtsregime:hoogOpenbaar belangDe regeling wordt getroffen ter ondersteuning van de colleges bij de uitvoering van hun taken op het gebied van het omgevingsrecht in het algemeen en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht in het bijzonder, alsmede de taken op het terrein van vergunningverlening, handhaving en toezicht op grond van de in artikel 5.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht genoemde wetten. Voorts wordt de regeling getroffen ter behartiging van de taken voortvloeiend uit het Besluit risico's zware ongevallen 1999.
Bestuurlijk belangWethouder Onclin is lid van het Algemeen Bestuur, plaatsvervanging door wethouder Breunesse.
Er is sprake van duale aansturing waarbij de wethouder financiën invulling geeft aan de eigenaarsrol en het inhoudelijk opdrachtgeverschap is belegd bij de beleidsportefeuillehouder.
Stemverhouding: 9,8%Actualiteiten en risico'sOntwikkelingen
De inhoudelijke activiteiten van de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied liggen voor een groot deel vast vanuit wet- en regelgeving en beleidsdoelstellingen van de opdrachtgevers.
Financiële positie
Jaarrekening 2022
De jaarrekening is op moment van schrijven nog niet beschikbaar. Ten aanzien van de uitvoeringsovereenkomst met Zaanstad toont de voorlopige afrekening een voordeel voor de gemeente ten opzichte van de voorschotnota’s van € 68.629. Dit is als zodanig verwerkt in de jaarrekening van Zaanstad.
Eind 2022 is aangekondigd dat de omgevingsdienst een fors nadeel verwacht bij de jaarrekening. De prognose gaat uit van een te verwachten negatief jaarresultaat, met een bandbreedte van 0,5 – 1,5 mio. negatief. Het tekort wordt voornamelijk veroorzaakt door het achterblijven van de aangevraagde bouwvergunningen. Het bestuur heeft mitigerende maatregelen getroffen. In het AB van 21 december is besloten dat een overschot dan wel tekort over het boekjaar 2022 naar rato wordt terugbetaald dan wel in rekening gebracht bij alle opdrachtgevers. Het definitieve tekort en de afrekening per deelnemer wordt pas bekend bij het vaststellen van de jaarrekening van de omgevingsdienst in juli 2023. De verwachting is dat hier nog een negatieve afrekening voor Zaanstad op zal kunnen volgen.
Risico's en beheersmaatregelen
Risico's
De noodzakelijke weerstandscapaciteit van de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied wordt bepaald door kwantificering van de gewogen risico’s. Deze risico’s zijn:
- veranderende wetgeving primair proces
- personele consequenties t.g.v. kwaliteitsborging bouw en prestatiegericht financieren (PGF)
- bedrijfsvoering
Op basis van de risico-inventarisatie in relatie tot de weerstandscapaciteit is het weerstandsvermogen van 2021 naar verwachting tussen 1,1 en 1,6. Dit valt binnen de bestuurlijk vastgestelde norm (1-1,5) en is daarmee voldoende.
Beheersmaatregelen
Om risico’s op te kunnen vangen heeft de OD NZKG een risicobuffer in het leven geroepen.
Daarnaast zijn er frequent overleggen tussen gemeente en OD, zowel bestuurlijk als ambtelijk op diverse niveaus.
hoog - Publiekrechtelijk Gezamenlijke ombudsman metropool Amsterdam(Bedragen x €1.000)Gezamenlijke ombudsman metropool AmsterdamRechtsvorm:
Gemeenschappelijke regeling - gemeenschappelijk orgaan
Oprichtings-/publicatiedatum:7 februari 2017Vestigingsplaats:AmsterdamToezichtsregime:middelOpenbaar belangDeze regeling is aangegaan om op een effectieve en efficiënte wijze vorm en inhoud te geven aan de door de Gemeentewet aan de raad gegeven mogelijkheid om voor de behandeling van verzoekschriften een gezamenlijke ombudsman in te stellen. Het betreft een gemeenschappelijk orgaan.
Bestuurlijk belangDe gemeente Amsterdam krijgt mandaat om jaarlijks de begroting en jaarrekening van de ombudsman voor het volgende kalenderjaar vast te stellen. De ombudsman voert ten minste jaarlijks overleg met een vertegenwoordiging van de raden.
Stemverhouding: nvtActualiteiten en risico'sOntwikkelingen
Opzetten Ombudsacademie
Het betreft hier een leerschool voor (o.a.) gemeenteambtenaren, werkzaam op verschillende niveaus (uitvoering, staf, beleid etc.), waarbij het bevorderen van behoorlijk overheidsfunctioneren en preventief onderzoek aan de hand van klachten vanuit de ombudsmanpraktijk en die uit de eerstelijnsklachtbehandeling centraal staat.
Risicoprofiel
Financiële positie
Jaarrekening 2021
2021 is afgesloten met een positief resultaat van € 160.675. Dit saldo is als volgt bestemd:
- Toevoeging aan bestemmingsreserve ICT 50.000
- Toevoeging bestemmingsreserve Ombudsacademie € 95.000
- Toevoeging algemene reserve € 15.675
In artikel 12 van de gemeenschappelijke regeling is vastgelegd dat bij een positief exploitatieresultaat over een begrotingsjaar dit resultaat in het volgende begrotingsjaar aan de begrotingspost algemene reserve wordt toegevoegd.
Begroting 2023
De Ombudsman heeft de begroting 2023 vastgesteld op een lastentotaal van €2.538.848. Het lastentotaal van de begroting 2022 na eerste wijziging is vastgesteld op €2.634.960.
Sinds 2014 voorziet de GROMA in de mogelijkheid een positief resultaat toe te voegen aan de algemene reserve om een buffer op te bouwen van 10% van de totale bijdragen van alle deelnemer. Indien er sprake is van een overschrijding van de begroting dient deze reserve als eerste aangesproken te worden. De verwachting is dat in 2023 de algemene reserve niet aangesproken hoeft te worden omdat inkomsten en uitgaven in balans zijn.
Zienswijze
Op grond van artikel 13 van de GROMA stelt de Ombudsman zelf jaarlijks de begroting voor het volgende kalenderjaar vast. Op basis van werkafspraken met deelnemers wordt de begroting niet voor zienswijze aangeboden.
Risico's en beheersmaatregelen
De financiële risico’s voor de Ombudsman zijn vooralsnog beperkt. Het belangrijkste risico is langdurige ziekte van personeel.
Om dat risico af te dekken is de afspraak gemaakt met gemeente Amsterdam dat de kosten voor personeel dat langdurig ziek is, niet meer volledig (maximaal voor de duur van 6 maanden) ten laste komen van het budget van de Ombudsman. De daarna beschikbaar komende middelen kan de Ombudsman dan inzetten voor vervangende personele capaciteit.
De prijspeilstijgingen en inflatie in 2023 een vormen een belangrijk risico.
In de meerjarenraming is uitgegaan van een indexatie (op basis van loonkostenontwikkeling) van 3,6% ten opzichte van de begroting 2022. De indexatie heeft vooral effect op de baten (verhoging bijdragen deelnemende gemeenten) en op de lasten (verhoging van loonkosten).middel - Publiekrechtelijk Regionale samenwerking decentralisaties sociaal domein(Bedragen x €1.000)Regionale samenwerking decentralisaties sociaal domeinRechtsvorm:
Gemeenschappelijke regeling - regeling zonder meer
Oprichtings-/publicatiedatum:21 januari 2016Vestigingsplaats:ZaandamToezichtsregime:middelOpenbaar belangGezamenlijke inkoop en beleidsvoorbereiding en -uitvoering.
Bestuurlijk belangDeze lichte vorm van publieke samenwerking kent geen bestuur.
Stemverhouding: nvtActualiteiten en risico'sDe RZM, een lichte variant van een gemeenschappelijke regeling, betreft de afspraak tot samenwerking op twee onderdelen van de drie decentralisaties (Jeugdhulp en Wmo) met de 7 andere gemeenten in Zaanstreek-Waterland (Beemster, Edam-Volendam, Landsmeer, Oostzaan, Purmerend, Waterland en Wormerland). Om deze samenwerking in de praktijk te realiseren, heeft de gemeente Zaanstad vanaf 2014 met de regiogemeenten een Dienstverlenings- en samenwerkingsovereenkomst “Regionale Inkoop Sociale Domein” (hierna: DVO) afgesloten. In 2015 is de samenwerking geëvalueerd. De gemeenten Purmerend en Beemster hebben toen besloten om ten aanzien van de Wmo vanaf 1 januari 2016 zelf hun inkoop- en contractmanagement te organiseren. De gemeente Edam-Volendam doet met ingang van 1 juli 2016 zelf het inkoop- en contractmanagement t.a.v. de Wmo. Deze wijzigingen zijn verwerkt in de huidige DVO. De uitgetreden gemeenten willen de zorg dichter op hun inwoners organiseren. Voor de Jeugd regelt Zaanstad de inkoop en het contractmanagement van de Regionale raamovereenkomsten die de regio Zaanstreek-Waterland samen met de regio Amsterdam-Amstelland met zorgaanbieders heeft afgesloten.
De nieuwe gemeenschappelijke regeling en DVO is per 1 januari 2019 ingegaan. De looptijd is tot eind 2024.
middel - Publiekrechtelijk Recreatieschap Twiske-Waterland(Bedragen x €1.000)Recreatieschap Twiske-WaterlandRechtsvorm:
Gemeenschappelijke regeling - openbaar lichaam
Oprichtings-/publicatiedatum:4-4-2013Vestigingsplaats:ZaanstadToezichtsregime:middelOpenbaar belangHet bevorderen van een evenwichtige ontwikkeling in de openluchtrecreatie - in samenhang met de vorenstaande Gemeenschappelijke Regelingen - tot stand brengen en bewaren van een evenwichtig natuurlijk milieu, het tot stand brengen en duurzaam in stand houden van het specifieke en gedifferentieerde karakter van het landschap door bescherming, ontwikkeling en consolidatie van de waarden die het in zich draagt.
Bestuurlijk belangWethouder Breunesse is lid van het AB, plaatsvervanging door wethouder Tuijn
Stemverhouding: 12,5%Actualiteiten en risico'sAlgemeen beeld
Het reguliere programma voor 2022 is voor het grootste deel conform de planning en begroting uitgevoerd. De belangrijkste taak is het beheer en onderhoud van de binnen het recreatieschap Twiske-Waterland liggende recreatiegebieden, waaronder het Twiske. Daarnaast worden ook vastgoedcontracten beheerd, die ook inkomsten voor het schap opleveren. Tot slot werkt het recreatieschap aan het actueel houden en vernieuwen van het aanbod om aan te sluiten bij wensen en behoeften van de recreant.
Tijdens de coronapandemie waren de bezoekersaantallen beduidend hoger dan normaal. Dit komt mede door de reisbeperkingen naar het buitenland. Inmiddels zijn de beperkingen voorbij en keert het aantal bezoeken aan de recreatiegebieden weer terug naar een niveau van voor de crisis. Een van de graadmeters daarvoor is het aantal betalende bezoekers dat de slagbomen van het Twiske passeert. De parkeerinkomsten waren tot en met augustus 2022 ongeveer € 50.000 lager dan op dezelfde tijd in 2021. De zwemkwaliteit was eveneens van invloed op het dalende bezoek. De warmte droeg vroeger dan anders bij aan algenbloei. Vanaf 19 juli werd dat met tussenpozen op alle stranden in het Twiske waargenomen.
De coronapandemie betekende voor het recreatieschap extra kosten (afval en toezicht) en het wegvallen van exploitatie-inkomsten. Daar kwam in 2022 ook de plotseling grote inflatie bij. Dit leidde tot forse prijsstijgingen van specifieke producten, zoals brandstof en hout. De consumentenprijsindex voor goederen en diensten is in juni 2022 zelfs gestegen naar 8,6%. De programmabegroting 2022 voorzag hierin niet. Voor 2023 zal dit wel leiden tot een forse stijging van de kosten, die in de gewijzigde programmabegroting 2023 zullen doorwerken.
Ontwikkelingen
- Aanpassen van de Gemeenschappelijke Regeling n.a.v. de gewijzigde Wet gemeenschappelijke regeling: de voorbereiding van de aanpassing is begonnen. Dat zal in 2023 leiden tot een voorstel tot aanpassing van de Gemeenschappelijke Regeling Twiske-Waterland.
- Vernieuwen van erfpachtcontracten met Staatsbosbeheer, inclusief invoering van recreatiezonering voor bepaalde recreatiegebieden (w.o. Twiske). Vanuit een gezamenlijk belang en verantwoordelijkheid voor de recreatiegebieden worden langjarige afspraken gemaakt, ook t.a.v. de verlenging van lopende erfpachtcontracten. Bij recreatiezonering wordt ook specifiek gelet op de natuurlijke kwaliteiten van het (deel)gebied.
- Beheersbaar maken van de ganzenproblematiek: de populatie ganzen groeit zodanig, dat niet alleen in het Twiske het probleem met vraat en waterverontreiniging door uitwerpselen een rol speelt, maar ook voor de omgeving. De Faunabeheereenheid (FBE) heeft inmiddels een gemotiveerd verzoek gedaan om ook op het grondgebied van het Twiske de populatie te mogen verminderen. In 2023 zal hierover definitieve besluitvorming plaatsvinden.
- Aan o.a. de volgende projecten, voortvloeiend uit het Uitvoeringsprogramma, is gewerkt:
o Uitvoeren van natuuronderzoeken in de recreatiegebieden en vervolgens herijken van de beheerplannen. Voor b.v. het Twiske is een Ecologisch Beheerplan opgesteld
o Heropening Schanszichtpad: er zijn o.a. vier nieuwe bruggen in het pad aangebracht. Halverwege 2023 (na het broedseizoen) zal het pad worden heropend.
o Realisatie TOP Purmerend en uitbreiding wandelnetwerk Purmerend.
o Er is een zwerfafvalcampagne gevoerd.
o De waterkwaliteit van het Doesstrand (Twiske) is verbeterd.
o Bij de dijkverzwaring langs het Markermeer zijn ook de recreatieve voorzieningen (fiets- en wandelpaden) verbeterd.
o Het rapport Recreatief Netwerk (Grid) Laag Holland nadert zijn voltooiing. Verwachting is, dat het rapport in 2023 bestuurlijk kan worden vastgesteld. Het rapport vormt de basis voor het realiseren van buitenpoorten, routes en verbindingszones om de toenemende druk van recreatie en toerisme binnen de regio in goede banen te leiden.
o Omvormen van de Marsen tot zorgboerderij: in 2022 is een zorgontwikkelaar gevonden, die deze omvorming verder gestalte gaat geven. Voorwaarde daarbij is wel, dat de huidige dagbesteding kan worden voortgezet.
o Aanleg van de themafietsroute Oer-IJ.
o Verbeteren van vaarroutes en aanlegplaatsen in het buitengebied van Landsmeer en Oostzaan.
Risicoprofiel
Het risicoprofiel van deelname aan de gemeenschappelijke regeling is gemiddeld. Het berekende weerstandsvermogen is voldoende. Zaanstad heeft een stemverhouding van 14,8% bij besluitvorming over financiële documenten en 12,8% bij overige zaken.
Financiële positie
Jaarrekening 2022
De gemeente Zaanstad heeft een positieve zienswijze gegeven op de Kadernota 2023 en de programmabegroting 2023. De Najaarsrapportage 2022 gaat uit van een positief saldo van € 274.035 over 2022.
Risico’s en beheersmaatregelen
De belangrijke risico’s voor Twiske-Waterland zijn:
- Financiële positie wordt geleidelijk aan verbeterd en er zijn reserveringen voor de langere termijn vervangingsinvesteringen
- Nadelige effecten nieuwe wet Vennootschapsbelastingen
- Onzekerheid over de verlenging en voorwaarden erfpacht Staatsbosbeheer
Beheersmaatregelen:
- Investeren in verdienvermogen en duurzaam beheer
middel - Publiekrechtelijk Participatiebedrijf Zaanstad Purmerend (Werkom)(Bedragen x €1.000)Participatiebedrijf Zaanstad Purmerend (Werkom)Rechtsvorm:
Gemeenschappelijke regeling - bedrijfsvoeringsorganisatie
Oprichtings-/publicatiedatum:01-01-2018Vestigingsplaats:PurmerendToezichtsregime:hoogOpenbaar belangDe gemeenschappelijke regeling is getroffen voor het doeltreffend en doelmatig uitvoeren of doen uitvoeren van de taken van de colleges voortkomend uit of samenhangend met de Participatiewet en de Wet sociale werkvoorziening.
Bestuurlijk belangPer 1 januari 2018 hebben de gemeenten Purmerend en Zaanstad samen het Participatiebedrijf opgericht om effectiever te zijn in de uitvoering van de Wet Sociale Werkvoorziening en de Participatiewet. Namens Zaanstad heeft wethouder Onclin zitting in het bestuur en wethouder Groothuismink is waarnemer.
Er is sprake van duale aansturing waarbij de wethouder financiën invulling geeft aan de eigenaarsrol en het inhoudelijk opdrachtgeverschap is belegd bij de beleidsportefeuillehouder.
Stemverhouding: 50%Actualiteiten en risico'sOntwikkelingen
Risicoprofiel
Het risicoprofiel is hoog. Het maatschappelijk belang is groot, het gaat om kwetsbare mensen. De financiële bijdrage van de gemeente is aanzienlijk.
Risico analyse
Governance
De governance van Werkom is duaal. We sturen als eigenaar van het bedrijf, maar ook als opdrachtgever van het bedrijf. Om die rollen duidelijk te scheiden is ervoor gekozen om de rol van eigenaar bij de wethouder financiën neer te leggen. De rol van opdrachtgever ligt bij de vakwethouder, zijnde de portefeuillehouder Werk en Inkomen. Dat heeft ook tot gevolg dat de risicobeheersing ook duaal is en dat verschillende aspecten van risico en beheersing onder de verantwoording van verschillende rollen valt. De rollen kunnen niet los van elkaar opereren. Het gaat om het samenspel van de rollen.
- Eigenaarsrol
Vanuit de eigenaarsrol wordt gestuurd op een meerjarig sluitende begroting. De begroting 2023 en het meerjarenbeeld 2024-2026 van Werkom was niet sluitend. In februari 2022 heeft de raad de vernieuwde koers vastgesteld. Berenschot heeft advies uitgebracht over duurzame bekostiging van die koers. Werkom maakt een plan van aanpak voor de implementatie van het koersbesluit en de kortetermijnmaatregelen uit het Berenschot-rapport. Berenschot verwacht dat deze maatregelen binnen drie jaar kunnen leiden tot resultaatverbetering.
Door ontwikkeling in de WSW-loonkosten is ruimte ontstaan in het WSW-budget. Reservering van deze ruimte biedt dekking voor de begrote tekorten tot en met 2026.
- Opdrachtgeversrol
De opdrachtgeversrol wordt gestuurd vanuit de dienstverleningsovereenkomst 2018-2022 en de jaarlijkse nadere dienstverleningsovereenkomst. In de periodieke voortgangsgesprekken over re-integratie wordt met Werkom gesproken over instroom, uitstroom, doorlooptijden, klanttevredenheid en de mogelijkheden voor bijsturing.
- Samenspel rollen
De wisselwerking tussen de eigenaarsrol en opdrachtgeversrol is belangrijk. De meerjarige kaders vanuit de eigenaarsrol werken door in dienstverleningsovereenkomsten in de opdrachtgeversrol. Signalen vanuit de voortgangsgesprekken worden meegenomen in de eigenaarsrol. Dit samenspel wordt ambtelijk en bestuurlijk georganiseerd door een goede overlegstructuur.
Financiële positie
Jaarrekening 2022
De jaarrekening 2022 is nog niet beschikbaar.
Risico's en beheersmaatregelen
Risico's
Werkom staat voor een flink transformatieopgave om de herijking te implementeren. Tegelijkertijd staat in het regeerakkoord dat het Rijk de arbeidsmarktinfrastructuur wil uitbreiden om meer mensen te helpen bij de overgang van werk-naar-werk of van uitkering-naar werk. Het is van belang dat Werkom zich zodanig ontwikkelt dat zij in die de vernieuwde arbeidsmarktinfrastructuur een rol kan spelen.
In de begroting 2023-2026 zijn conform BBV-voorschriften, in de risicoparagraaf expliciete risico’s benoemd:
- Omzetverlies in de leerwerkbedrijven door een daling van het aantal medewerkers met een SW-indicatie
- Acquisitie van nieuwe opdrachten leidt niet tot het benodigde resultaat
- Grotere groei van mensen met een Beschut Werk-indicatie dan begroot, omdat een Beschut werkplek binnen de Participatiewet het duurste instrument is
- Privacy- en informatiebeveiliging
Beheersmaatregelen
- Nadere dienstverleningsovereenkomst tussen Zaanstad en Werkom
- Gevraagde plan van aanpak voor de implementatie van het koersbesluit en de kortetermijnmaatregelen uit het Berenschot-rapport
- Het samenspel tussen de verschillende rollen van de gemeente richting Werkom goed organiseren
- Goed monitoren en tijdig in gesprek gaan met de gemeenten om de landelijke ontwikkelingen goed te volgen
- Werkom heeft een functionaris gegevensbescherming die jaarlijks rapporteert over de risico’s en de ondernomen of te ondernemen verbeteringen.
hoog
Privaatrechtelijk
- Privaatrechtelijk Huisvuil Centrale(Bedragen x €1.000)Huisvuil CentraleRechtsvorm:
Naamloze vennootschap
Oprichtings-/publicatiedatum:2 januari 1991Vestigingsplaats:AlkmaarToezichtsregime:hoogOpenbaar belangDe Huisvuil Centrale (HVC) heeft als doel het zeker stellen dat tegen de laagste kosten en op verantwoorde wijze het Zaanse rest-, grof- en gft-afval wordt verwerkt.
Bestuurlijk belangDe gemeente Zaanstad heeft 265 aandelen in HVC. Wethouder Onclin vertegenwoordigt de gemeente in de AvA, plaatsvervanging wethouder Tuijn.
Er is sprake van duale aansturing waarbij de wethouder financiën invulling geeft aan de eigenaarsrol en het inhoudelijk opdrachtgeverschap is belegd bij de beleidsportefeuillehouder.
Stemverhouding: 7,87%Actualiteiten en risico'sOntwikkelingen
A. Zaanstad als eigenaar (aandeelhouder)
HVC is een ketenbedrijf met focus op hergebruik en duurzame energie, van en voor haar publieke aandeelhouders. Krachtenbundeling maakt het mogelijk om complexe projecten voortvarend aan te pakken. Door de organisatorische inrichting wordt geborgd dat er focus is op de verschillende hoofdactiviteiten. Activiteiten renderen zelfstandig en leveren een verantwoord rendement. Er is geen sprake van kruissubsidiëring. Risico’s zijn in beeld en beheersbaar. Het aanwezige risico houdt vooral verband met afvalverbranding en betreft een marktrisico: de bedrijfsafvaltarieven, de energieprijzen, prijsprikkels van de overheid (verbrandingsbelasting, importheffing, CO2-heffing). Dit marktrisico is sinds 2015 niet afgenomen. Door robuust afschrijven is de omvang van het risico wel afgenomen. Het liquiditeitsrisico is evenwel klein omdat het samenhangende herfinancieringsrisico beperkt is. Er is voldoende ruimte om binnen de bestaande afspraken met aandeelhouders en banken herfinanciering met garanties van aandeelhouders aan te trekken. Daarnaast zijn er voor kortlopende financieringsbehoeften als gevolg van timingverschillen of calamiteiten aanvullende financieringsfaciliteiten beschikbaar. HVC is een gezond bedrijf met het netto financieel resultaat over 2021 van € 26 mln., een eigen vermogen van € 169 mln. en een solvabiliteit van 16,6%.
B. Zaanstad als opdrachtgever
DVO HVC-gemeente Zaanstad
Zaanstad neemt ook diensten af van de HVC, waaronder afvalinzameling en gladheidsbestrijding. Deze taken zijn vastgelegd in een dienstverleningsovereenkomst (DVO). Begin 2020 is een DVO met HVC afgesloten voor de periode van 7 jaar.
Risicoprofiel
Beschrijving tot standkoming risicoprofiel door strategie en regie.
Financiële positie
Jaarrekening 2021
Het jaar 2021 is afgesloten met een positief saldo van € 26,4 miljoen, in de jaarrekening is voorgesteld is om het resultaat toe te voegen aan de algemene reserves. In de Algemene vergadering van Aandeelhouders van 2 juni 2022 is ingestemd met dit voorstel.
Algemene Vergadering van aandeelhouders 2 juni 2022
In de raadsinformatiebrief 2022/11165 zijn de besluiten en een toelichting hierop opgenomen. De belangrijkste punten zijn:
- De Ontwikkeling warmtesysteem Westland - investering geothermieproject Polanen.HVC ontwikkelt een samenhangend warmtesysteem, het ‘Warmte Systeem Westland’. De ontwikkeling van het deelproject Polanen is vrijwel gereed en de realisatie van dit geothermie project met een jaarlijkse energieopbrengst van 140.000 MWh en een CO2-besparing van 17.000 woningequivalenten is besloten.
- De uitgifte van aandelen A aan de gemeente Waterland - De gemeente Waterland heeft besloten toe te willen treden bij HVC.
Risico's en beheersmaatregelen
Risico’s
De risico’s van warmte-activiteiten zijn in beeld en beheersbaar, op de risico’s wordt ingespeeld.
Beheersmaatregelen
- Annotaties van de agenda van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders in het college van B&W
- Ambtelijk overleg met verschillende klankbordgroepen (zowel financiële als beleidsmatige) met de overige aandeelhouders van HVC.
hoog - Privaatrechtelijk Warmtenetwerk Zaanstad (WNZ)(Bedragen x €1.000)Warmtenetwerk Zaanstad (WNZ)Rechtsvorm:
BV
Oprichtings-/publicatiedatum:01-01-2019Vestigingsplaats:ZaandamToezichtsregime:hoogOpenbaar belangHet op gang brengen van de transitie naar een aardgasloze gebouwde omgeving. De legitimering van een overheidsinterventie op basis van marktfalen is hier van toepassing op de casus warmtenet in Zaandam-Oost. Het doel is het transporteren van warmte uit o.a. biomassa van Bio Forte aan afnemers in Zaanstad.
Bestuurlijk belangWethouder Onclin vertegenwoordigt de gemeente in de AvA, plaatsvervanging wethouder Tuijn.
Gemeente Zaanstad is samen met Duurzame Energienetwerken Noord-Holland (DENH) eigenaar van het Warmtenet Zaanstad BV. Gemeente Zaanstad heeft een belang van 39% in de Aandelen (uitsluitend stemgerechtigd), alsmede een belang van 100% in de Aandelen C (stemrechtloos).
Er is sprake van duale aansturing waarbij de wethouder financiën invulling geeft aan de eigenaarsrol en het inhoudelijk opdrachtgeverschap is belegd bij de beleidsportefeuillehouder.
Stemverhouding: 39,0%Actualiteiten en risico'sOntwikkelingen
Actualiteiten en risico's
Het huidige warmtenet van Warmtenetwerk Zaanstad B.V. in Zaandam-Oost (fase 1) voorziet in de levering van 77.963 gigajoule (GJ) in 2026. In 2022 zijn er nieuwe aansluitingen gerealiseerd, waarmee samen met de bestaande aansluitingen 62.478 GJ wordt geleverd. Aanvankelijk was er een levering beoogd van 87.365 GJ (met nog een aanvulling van projecten van 6.096 GJ), maar door het wegvallen en vertragen van projecten is deze prognose aangepast.
Er zijn in 2022 319 woningen aangesloten die jaarlijks 4.082 GJ aan warmte gebruiken (Gouwpark deel 2 en eerste deel van Oostzijderpark fase 1). Tevens is het utititeitsgebouw van het regionale veiligheidskantoor aangesloten met een gebruik van 3.165 GJ per jaar. De aansluiting Zwembad De Slag is gereedgemaakt. Omdat het zwembad nog gebouwd moet worden zal hier pas in de toekomst warmtelevering plaatsvinden.
Resultaten op de businesscase
De vertragingen die sinds 2019 zijn opgelopen, hebben grote impact gehad op de begrote warmtelevering van WNZ en daarmee op de inkomsten, doordat er minder GJ’s kunnen worden gefactureerd. De schatting van het aantal aan te sluiten woningequivalenten in fase 1 is daarom ook aangepast. Deze vertraging leidt ook in 2022 tot hogere kosten en lagere inkomsten.
Maatschappelijk draagvlak biomassacentrale
Het maatschappelijk draagvlak voor de verbranding van houtige biomassa is weggevallen. Dit heeft in april 2022 geleid tot het stopzetten van de subsidie voor nieuwe biomassacentrales door de Rijksoverheid (het gaat hier om de subsidie voor houtige biomassa, bedoeld om gebouwen mee te verwarmen). Omdat WNZ houtige biomassa beschouwt als een transitiebrandstof is een zoektocht voor een alternatief (binnen ongeveer 15 jaar) voorzien. De uitdaging hiervoor is het vinden van een oplossing die voldoende CO2 reduceert, betaalbaar is en genoeg draagvlak geniet. Op dit moment is er nog geen alternatief in zicht dat aan al deze voorwaarden voldoet.
Korte terug- en vooruitblik 2022-2023
In maart 2022 heeft de gemeente te horen gekregen dat de aanvraag voor de BZK-regeling Proeftuin Aardgasvrije Wijken, die in 2021 was aangevraagd niet is gehonoreerd.
In verschillende bestuurlijke overleggen in 2022, is gesproken over de behoefte (vanuit Zaanstad) aan een gemeenschappelijke visie en strategie voor WNZ om tot snellere uitrol te kunnen komen. WNZ heeft toegezegd om het initiatief te nemen voor het ontwikkelen van een uitrolstrategie (2022-2030). Deze zal in 2023 aan de AvA worden voorgelegd ter besluitvorming.
In juni 2022 heeft de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AVA) plaatsgevonden. Hier is de jaarrekening van 2021 vastgesteld. Tevens is besloten om het verlies van 346.000 euro aan de reserves te onttrekken.
Voor de AvA in 2023 wordt besluitvorming over de volgende stukken voorzien: de jaarrekening van 2022, het annual businessplan 2023-2027 en de uitrolstrategie van WNZ (2022-2030).
Financiële positie / Onderbouwing voorziening
Er is op dit moment geen aanleiding om de voorziening aan te passen. Hoewel enkele risico’s nog steeds gelden (beperking van ammoniak en stikstofuitstoot, verminderd draagvlak voor aansluiting op een biomassagestookt warmtenet) is het nog niet te zeggen of deze risico’s negatieve invloed hebben op de lange termijn uitrol van het warmtenet. De volgende overwegingen liggen hier aan ten grondslag:
- De grote projecten zoals Oostzijderpark (1 en 2) zijn nog niet uit beeld, ondanks vooralsnog tegenvallende resultaten door vertraging en mogelijk lagere afname door BENG-eisen.
- Ook lopen er verschillende gesprekken met potentiele nieuwe afnemers (nieuwbouw Kogerveldwijk en Peperstraat).
- Daarmee is er geen aanleiding om de aandelen af te waarderen. De vooruitzichten zijn nog verre van concreet, dus er is ook nog geen toekomstige geldstroom die vrijval van de voorziening onderbouwd.
- Indien toekomstige resultaten achterblijven ontstaat wellicht op een moment wel de vraag in hoeverre de solvabiliteit van WNZ in gevaar komt. Daar is nu nog geen sprake van.
- Voor onderbouwing van het risico gaat het vooral om de vraag hoe concreet uitbreiding van het warmtenet in beeld komt. Dat wordt in 2023 en 2024 duidelijker als WNZ haar uitrolstrategie gaat uitwerken. We staan nu nog steeds relatief aan het begin van de ontwikkeling van het warmtenet en er is nog geen aanleiding om het risico te herwaarderen.
- Ook belangrijk is de zoektocht naar nieuwe warmtebronnen en de financiering hiervan, aangezien er na afronding van fase 1 nog maar weinig GJ’s van de biomassacentrale over zullen zijn (ook als de centrale op volle capaciteit draait) om gebouwen mee te verwarmen. Dit maakt onderdeel uit van de nog te ontvangen uitrolstrategie van WNZ.
Risicoprofiel
Het financieel belang is hoog. De gemeentelijke deelneming is onderhandeld op € 4,25 miljoen. Deze deelneming is op die basis nu gewaardeerd op € 1,95 miljoen. Gemeente Zaanstad heeft een voorziening getroffen voor het verschil van € 2,3 miljoen. Het risico dat de getroffen voorziening te klein blijkt (omdat de marktwaarde van de deelneming daalt) is opgenomen als risico voor het weerstandvermogen. De politieke en maatschappelijke betrokkenheid zijn groot: de activiteiten van Warmtenetwerk Zaanstad B.V. richten zich op het leveren van warmte aan inwoners. De gemeente participeert in het Warmtenetwerk Zaanstad B.V. vanuit het publieke belang en de maatschappelijke doelen die de gemeente wil realiseren
Risico's en beheersmaatregelen
Risico’s
- Als er onvoldoende voortgang wordt geboekt op het ontwikkelen van alternatieve warmtebronnen, heeft dit tot gevolg dat:
o Uitbreiding van het warmtenet langer duurt
o Biomassacentrale mogelijk langer blijft werken
- Upward potential businesscase wordt niet gerealiseerd, door te weinig zicht op potentiele afnemers. Een accountmanager die zich volledig richt op het sluiten van nieuwe contracten zou een uitkomst kunnen bieden.
- Landelijke businesscases van biomassacentrales staan onder druk omdat ze minder tot geen SDE-subsidie meer kunnen ontvangen door de koppeling van de SDE-subsidie aan de aardgasprijs. Dit vormt een risico voor de instandhouding van de niet-fossiele warmtebron.
- Publieke opinie over het gebruik van op hout gestookte biomassacentrales, zoals in de biomassacentrale voor het warmtenet in Zaandam-Oost, wordt negatiever. Hierdoor is er een risico dat eigenaren van bestaande bouw niet meer willen aansluiten op het biomassagestookte warmtenet, terwijl de biomassacentrale juist aansluitingen van bestaande bebouwing nodig heeft om op de beoogde capaciteit te kunnen produceren (door middel van intern salderen).
- De mogelijkheden om te stikstofuitstoot te compenseren door middel van salderen staat onder druk. Juridische uitspraken die op dit vlak worden gedaan, kunnen zorgen voor een verdere inperking van de mogelijkheden tot salderen. Dit vormt een risico voor de niet fossiele bron van het warmtenet, de biomassacentrale, die nog niet op de capaciteit draait waarvoor hij is ontworpen.
- De continuiteit van de directie van WNZ. De huidige directeur van WNZ gaat binnen enkele jaren met pensioen. Er wordt gezocht naar een vervanger (zodat de huidige directeur langzaam kan afbouwen) alleen is deze tot nu toe nog niet gevonden.
- Vormgeving van de open structuur van het warmtenet. Er nog geen praktische uitwerking van de open structuur van het warmtenet in het geval meerdere bronexploitanten en warmteleveranciers gaan leveren aan afnemers binnen één fysiek net.
Beheersing
- De raadsleden informeren over de ontwikkelingen op het gebied van alternatieve warmtebronnen indien hier nieuwe ontwikkelingen zijn.
- Samen met provincie en met MRA gemeenten actief optrekken in dit dossier.
- WNZ gaat met BioForte en andere betrokken partijen in het warmtenet, met elkaar in gesprek om uit te zoeken of de beperking in de warmteproductie van BioForte kan worden opgelost.
- Gemeente Zaanstad zal actief bijdragen aan de uitwerking van de door WNZ op te leveren uitrolstrategie (2022-2030).
hoog - Privaatrechtelijk Alliander N.V.(Bedragen x €1.000)Alliander N.V.Rechtsvorm:
Naamloze Vennootschap
Oprichtings-/publicatiedatum:1 juli 2009Vestigingsplaats:ArnhemToezichtsregime:middelOpenbaar belangNetbeheer en distribueren van elektriciteit en gas voor producenten en afnemers. Voor burgers en ondernemers is een goed werkend en betaalbaar distributienetwerk van gas en elektriciteit cruciaal. Alliander heeft een belangrijke rol in het mogelijk maken van verdere verduurzaming van de Nederlandse energievoorziening.
Bestuurlijk belangWethouder Onclin vertegenwoordigt de gemeente in de AvA, plaatsvervanging wethouder Tuijn.
Er is sprake van duale aansturing waarbij de wethouder financiën invulling geeft aan de eigenaarsrol en het inhoudelijk opdrachtgeverschap is belegd bij de beleidsportefeuillehouder.
Stemverhouding: 0,9%Actualiteiten en risico'sOntwikkelingen
Kapitaalversterking
Als gevolg van de oplopende investeringen in de energietransitie en het oplossen van de acute capaciteitsproblemen van het elektriciteitsnetwerk, heeft Alliander kapitaal nodig. Gemeente Zaanstad als aandeelhouder heeft hiervoor € 5,4 mln in een reverse coverteerbare hybride obligatielening ter beschikking gesteld. De netbeheerders hebben ook overeenstemming met het Rijk bereikt over haar deelname in de kapitaalversterking en daarmee ook na besluitvorming in de AvA in 2023 toetreding als aandeelhouder. Verder kampt Alliander met een krappe arbeidsmarkt, vooral voor de dringend noodzakelijke technische beroepen.
Financiële positie
Jaarrekening 2022
Over het eerste halfjaar van 2022 rapporteert Alliander een nettowinst van € 107 miljoen (2021: € 119 miljoen). De bedrijfsopbrengsten over de eerste zes maanden zijn met € 14 miljoen gestegen naar € 1.095 miljoen (2021: € 1.081 miljoen). De totale bedrijfskosten zijn het afgelopen halfjaar met € 5 miljoen opgelopen ten opzichte van dezelfde periode in 2021. Deze stijging van de kosten komt voornamelijk door de hogere doorbelasting van TenneT, de stijging van de kosten voor netverliezen en toenemende afschrijvingen. Dit laatste wordt veroorzaakt door de stijging van onze investeringen in de afgelopen jaren in verband met de energietransitie.
Begroting 2023
De begroting voor 2023 is niet beschikbaar.
Risico’s en beheersmaatregelen
Risico's
Alliander onderkent de volgende risico’s in de SWOT analyse:
- Cybercriminaliteit
- Onvoldoende langetermijnoriëntatie van wet- en regelgeving
- Krapte technische arbeidscapaciteit
- Schaarste in componenten en grondstoffen
- Lange termijn financierbaarheid
- Sterk groeiend werkpakket
Beheersmaatregelen
De hierboven benoemde risico’s worden door Alliander afgedekt met beheersmaatregelen.
Vanwege het beperkte belang wordt voor gemeente Zaanstad de beheersmaatregelen beperkt tot:
- Annotaties van de agenda van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders in het college van B&W
middel - Privaatrechtelijk Betaalbare Koopwoningen Zaanstad(Bedragen x €1.000)Betaalbare Koopwoningen ZaanstadRechtsvorm:
Besloten Vennootschap
Oprichtings-/publicatiedatum:6 oktober 2005Vestigingsplaats:ZaandamToezichtsregime:hoogOpenbaar belangHet doel van Betaalbare Koopwoningen Zaanstad (BKZ) is tweeledig:
- Het bevorderen van de volkshuisvesting overeenkomstig het beleid van de gemeente Zaanstad
- Het realiseren van kwalitatief hoogwaardige sociale koopwoningen in de gemeente Zaanstad; het via erfpacht beschikbaar stellen van deze woningen aan de gewenste doelgroep en het uitvoeren van een beleid teneinde deze woningen zoveel mogelijk voor de doelgroep te behoudenBestuurlijk belangGemeente Zaanstad is voor 100% eigenaar van de aandelen. Het voltallig college vertegenwoordigt de enige aandeelhouder gemeente Zaanstad.
Er is sprake van duale aansturing waarbij de wethouder financiën invulling geeft aan de eigenaarsrol en het inhoudelijk opdrachtgeverschap is belegd bij de beleidsportefeuillehouder.
Stemverhouding: 100%Actualiteiten en risico'sOntwikkelingen BKZ
BKZ Holding kent diverse modellen met elk een aparte BV:
- De portefeuille van BKZ BV traditioneel omvat op 1 januari 2023 nog ca. 144 contracten.
- De portefeuille van GRZ BV omvat op 1 januari 2023
- BKZ erfpachtvariant 102 contracten.
- BKZ instap ca. 33 contracten.
- BKZ Starterswoning: hier worden in 2023 ca. 10 contracten in uitgegeven.
Ontwikkeling nieuw model : BKZ Starterswoning
Voor de modellen “traditioneel”, “erfpachtvariant” en het “instapmodel” zit BKZ in een beheer fase, waarbij de nadruk komt te liggen om een goede beheersing van de financiën en cashflow en inzicht in het risico van het niet aflossen (afnemen van tranches). De overspannen woningmarkt van de laatste jaren heeft geleid tot een sterke stijging in de mate van tranche en grondafname. In 2020 is het model BKZ Starterswoning door de Raad vastgesteld. Dit model is gericht op het realiseren en behouden van bereikbare koopwoningen voor starters en huishoudens met lage middeninkomens. Het model voldoet aan hetgeen is bepaald in de door de gemeente vastgestelde doelgroepenverordening Sociale Koop op basis waarvan in nieuwe bestemmingsplannen een contingent sociale koopwoningen verplicht moet worden gerealiseerd. In 2022 is een aparte BV voor dit model opgericht en is het eerste project voor totaal 10 starterswoningen in verkoop gegaan bij het project Oostzijderpark te Zaandam.
Ontwikkeling nieuw model / BV Duurzaam Funderingsherstel Zaanstad
In samenwerking met de gemeente Zaanstad ontwikkelde BKZ het model DFZ. Dit model combineert funderingsherstel met verduurzaming.
In juli 2017 heeft de gemeenteraad ingestemd met de start van een DFZ-pilot op basis van de doorgerekende businesscase. De pilot betreft twaalf woningen met funderingsproblemen, verdeeld over twee blokken van zes woningen. De nieuwe aanbesteding begin 2021 is mislukt. Men vindt de risico’s niet passen bij de hoge bouwkosten en het beschikbare budget met een plafondbedrag. BKZ heeft zich in 2021 georiënteerd op andere mogelijkheden, waarbij BKZ zoekt naar meer keuze voor de woningeigenaren en meer verduurzaming van de woningen. BKZ onderzoekt of een bijdrage vanuit het Volkshuisvestingsfonds (VHF) mogelijkheden biedt.
Binnen het mandaat van het raadsbesluit uit 2017 heeft BKZ in 2019 twee woningen in het pilotproject in de Molenstraat aangekocht. In 2022 heeft BKZ een derde woning in dit project aangekocht. Deze aankopen vergroten de kans tot uitvoering van de DFZ-pilot, die nu gepland staat voor 2023. De DFZ pilot zal in 2023 onderdeel worden van de uitvoering van de VHF middelen.
Risicoprofiel
Het zwaartepunt van de risico's van BKZ liggen op het politieke en financiële vlak. De doelstelling van BKZ is bijdragen aan de volkshuisvesting binnen de gemeente Zaanstad. Deze doelstelling heeft politiek de aandacht. Vanwege de rekening courant en de leningsovereenkomst, die BKZ heeft afgesloten met de gemeente Zaanstad voor BKZ traditioneel tot een maximumbedrag van respectievelijk € 5,5 mln. en voor de Garantieregelingen tot € 31 mln., is het financieel belang groot te noemen. Voor het inzetten van het DFZ VHF model zal in 2023 een besluit worden voorgelegd voor nog eens € 30 mln.
Financiële positie
Jaarrekening 2021
De jaarrekening 2021 is vastgesteld in de AvA van 12 oktober 2022. BKZ heeft het jaar 2021 afgesloten met een positief resultaat van € 2,9 mln., hiervan is € 0,4 mln. toegevoegd aan de overige reserves en 2,5 mln. aan de herwaarderingsreserve.
Door de waardestijging op de woningmarkt heeft de afname trend van tranches en gronden zich ook in 2022 voortgezet. Voor BKZ Traditioneel is er een rekening courant verhouding tussen BKZ en de gemeente met een maximum van -/- € 5,5 mln. Op 1 januari 2021 was de stand hiervan +/+ € 1,5 mln. Door inkomsten uit verkopen en het afnemen van tranches is het saldo ten opzichte van begin 2021 in de loop van het jaar met € 2 mln. gestegen naar +/+ € 3,5 mln.
De hoogte van de lening aan BKZ Instap en Erfpacht die maximaal € 31 mln. mag zijn, is op 1 januari 2021 nog € 13,7 mln., een verlaging van € 1,6 mln. ten opzichte van een jaar geleden.
Verder is er met BKZ Instap en Erfpacht een rekening courant verhouding waarvan de stand op 1 januari 2022 +/+ € 4,5 mln. bedroeg. Van dit bedrag wordt in 2022 € 2,7 mln.
gebruikt om de lening verder af te lossen.
Uitstaande lening Max lening Mutatie 2021 Bedrag 31-12-2021
BKZ Instap en Erfpacht € -31 mln. € + 1,6 mln. € -13,7 mln.
RC Instap en Erfpacht € 0 € + 0,9 mln. € +4,5 mln. (geen lening)
RC Traditioneel € -5,5 mln. € + 2 mln. € +3,5 mln. (geen lening)
Het eigen vermogen bedraagt per 1-1-2022 ca € 19,4 mln.
Risico's en beheersmaatregelen
Risico's
- Het trancherisico op de opstal bestaat nog wel. Hierbij worden de tranches (20% (traditioneel) en 30% (afzetgarantiewoningen) van de opstalwaarde) niet afgenomen door de kopers (en dus niet terugbetaald op korte termijn). Dit komt omdat er geen inkomensstijging plaatsvindt. Gevolg is dat pas bij (door)verkoop de resterende tranches worden gerealiseerd (afgelost). BKZ monitort dit. Het risico wordt vertaald in de kasstroom.
- Risico van waardevermindering van de grond in de toekomst. De grond wordt na 25 jaar geherwaardeerd.
- Hoogconjunctuur leidt tot positieve kasstroom door afname van tranches en grond. Echter hierdoor daalt het aantal BKZ woningen en beschikbaarheid van woningen voor de doelgroep.
Beheersmaatregelen
- Jaarlijkse inkomenstoets bij kopers door BKZ;
- Periodieke rapportages naar verantwoordelijke wethouders (3x) en college en raad (1x). Deze rapportages bevatten gegevens met betrekking tot aantal woningen, liquiditeit, prognoses cashflow, risico’s, etc.;
- 1 á 2 keer per maand overleg tussen ambtenaren en de directeur van BKZ; de samenwerkingsrelatie is goed;
- Operationalisering van het nieuwe model (BKZ Starterswoning) waarbij BKZ woningen langer voor de doelgroep kan behouden.
hoog - Privaatrechtelijk Bank Nederlandse Gemeenten(Bedragen x €1.000)Bank Nederlandse GemeentenRechtsvorm:
Naamloze vennootschap
Oprichtings-/publicatiedatum:23 december 1914Vestigingsplaats:Den HaagToezichtsregime:middelOpenbaar belangDe Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) is de bank van en voor overheden en instellingen met een maatschappelijk belang. Met gespecialiseerde financiële dienstverlening draagt BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. Daarmee is de bank essentieel voor de publieke taak.
Bestuurlijk belangWethouder Onclin vertegenwoordigt de gemeente in de AvA, plaatsvervanging wethouder Slegers. Zaanstad is niet vertegenwoordigd in de RvC.
Er is sprake van duale aansturing.
Stemverhouding: 0,07%Actualiteiten en risico'sOntwikkelingen
In 2020 heeft BNG Bank haar strategie aangescherpt. Op basis van haar purpose ‘gedreven door maatschappelijke impact’ kiest de bank ervoor om zich exclusief te richten op de publieke sector. Daarbij ligt de focus op vier Sustainable Development Goals (SDG’s) waarmee de bank samen met publieke klanten het verschil wil maken:
- goede gezondheid en welzijn (SDG 3)
- kwaliteitsonderwijs (SDG 4)
- betaalbare duurzame energie (SDG 7)
- duurzame steden en gemeenschappen (SDG 11).
Deze strategie is in 2022 nog volledig actueel.
Risicoprofiel
Financiële positie
Jaarrekening 2021
BNG Bank streeft niet naar winstmaximalisatie, maar naar maatschappelijke impact en een redelijk rendement voor de aandeelhoudende overheden. De nettowinst over 2021 is uitgekomen op € 236 mln., ondanks de zeer lage rentetarieven. De winststijging van 7% is vooral veroorzaakt door door het positieve resultaat op financiële transacties van € 100 mln. als gevolg van marktwaardeveranderingen.
In september 2022 heeft de BNG cijfers over het eerste halfjaar van 2022 gepubliceerd. Hierin is onder andere te lezen dat BNG Bank er financieel gezond voor staat. De langlopende kredietportefeuille is met een nieuw volume van € 6,6 miljard aan verstrekte langlopende kredieten gestegen naar € 87,8 miljard. Verder is in het eerste halfjaar van 2022 een bedrag van € 8,7 miljard aan langlopende funding opgehaald, waarvan meer dan € 3,5 miljard aan SDG Bonds. Het renteresultaat komt uit op € 220 mln. en de nettowinst is gestegen naar € 206 mln. De kapitaalpositie van BNG Bank blijft goed. In maart 2023 wordt het jaarverslag 2022 gepresenteerd.
Het dividend van de BNG wordt altijd verantwoord in het jaar dat de aandeelhoudersvergadering plaatsvindt. Ondanks de genoemde tegenvaller van € 57 mln. heeft de BNG bank over 2021 (te verwerken in boekjaar 2022) het dividend vastgesteld op totaal € 127 mln. Voor ons komt dit uit op € 950.000. De tegenvaller van € 50.000 voor 2022 is verwerkt bij de Burap. Hierdoor is er bij de jaarrekening 2022 geen verschil te verklaren. Naar verwachting wordt het dividend over 2022 wat lager vastgesteld gelet op de in september 2022 voorspelde winst.
Risico’s en beheersmaatregelen
Het risico is dat het begrote dividend niet wordt gerealiseerd. Hiertoe volgen we de tussentijdse berichten en de jaarrekening van de BNG. We hebben er nauwelijks zelf invloed op.
middel - Privaatrechtelijk Masterplan Noordzeekanaalgebied(Bedragen x €1.000)Masterplan NoordzeekanaalgebiedRechtsvorm:
Stichting
Oprichtings-/publicatiedatum:Vestigingsplaats:IJmuidenToezichtsregime:middelOpenbaar belangHet op duurzame wijze versterken van de regionale economie in het Noordzeekanaalgebied door het benutten van de potentie van het regionale haven- en industrieel complex.
Bestuurlijk belangWethouder Onclin en wethouder Tuijn zijn beiden lid van het stichtingsbestuur
Stemverhouding: 17%Actualiteiten en risico'sOntwikkelingen
Het Stichtingsbestuur NZKG ziet toe op de bedrijfsvoering van het Programmabureau NKZG en is verantwoordelijk voor de jaarrekening. Het stichtingsbestuur stelt op voordracht van het Bestuursplatform NZKG de directie aan en besluit over de meerjarige begroting en het jaarplan. Het Bestuursplatform NZKG benoemt uit haar leden de leden van het stichtingsbestuur. Het stichtingsbestuur bestaat louter uit publieke leden waaronder de gemeente Zaanstad. De provincie Noord-Holland levert tevens de voorzitter van het stichtingsbestuur.
Het Programmabureau NZKG is een initiatief van het regionaal samenwerkingsverband Noordzeekanaalgebied waarvan het Bestuursplatform Noordzeekanaalgebied (BPF NZKG) opdrachtgever is. Het BPF NZKG heeft op hoofdlijnen een tweeledige opdracht vertaald in de Bestuurscommissies Ruimte en Energietransitie. Op het gebied van Energietransitie is in 2022 verder gewerkt aan de regionale propositie en oplossingsrichtingen zoals vertaald in de Cluster Energie Strategie (CES). Op het gebied van Ruimte hebben Rijk en regio verdere stappen gezet in het Novex traject wat in 2023 moet leiden tot besluitvorming.
Financiële positie
Jaarrekening 2022
De jaarrekening 2022 is nog niet beschikbaar.
Risico’s en beheersmaatregelen
Financieel gezien zijn er geen risico’s op dit moment.
middel - Privaatrechtelijk Vereniging Bedrijvenpark HoogTij(Bedragen x €1.000)Vereniging Bedrijvenpark HoogTijRechtsvorm:
Vereniging
Oprichtings-/publicatiedatum:Vestigingsplaats:HaarlemToezichtsregime:laagOpenbaar belangBevordering van het kwaliteitsniveau en de behartiging van de gezamenlijke belangen van de eigenaren van de gronden en gebouwen op bedrijventerrein HoogTij in Westzaan.
Bestuurlijk belangEr participeert niemand van het college in het bestuur van de vereniging. Ieder lid is bevoegd tot het uitbrengen van een zodanig aantal stemmen als overeenkomt met iedere vierkante meter grond in het bedrijvenpark waartoe het lid is gerechtigd is Het algemeen bestuur bestaat uit 4 leden.
De gemeente wordt als grondeigenaar en ontwikkelaar in de ledenvergadering vertegenwoordigd door een medewerker van de gemeente Zaanstad die is benoemd.
Stemverhouding: <1%Actualiteiten en risico'sOntwikkelingen
Zaanstad is als grondeigenaar/ontwikkelaar lid van de Vereniging Bedrijvenpark HoogTij (VBH). VBH is een vereniging waarin grondeigenaren van nog uit te geven gronden op HoogTij en de gevestigde ondernemers participeren. KG Parkmanagement geeft in opdracht van de grondeigenaren en de VBH invulling aan het parkmanagement. De vereniging is verantwoordelijk voor een blijvende kwaliteit van de openbare ruimte en bedrijfskavels. Dit is van cruciaal belang voor een goed vestigingsklimaat, nu en in de toekomst. De vereniging is daarnaast het eerste aanspreekpunt voor de ondernemers op HoogTij. Zo kunnen ondernemers wensen en ideeën over bijvoorbeeld de uitstraling van het terrein, collectief in te kopen diensten en veiligheid op het terrein bespreken. Zaanstad heeft zich ingespannen en zal zich blijven inzetten om, samen met de grondeigenaren en ondernemers, de kwaliteit van het bedrijventerrein te behouden en te versterken.
De vereniging bestaat per 31 december 2022 uit ca 65 leden, de verwachting is dat dit aantal zal groeien vanwege de resterende gronduitgiften op HoogTij. De bijdrage per lid wordt berekend op basis van m2 prijs en kavelgrootte: t/m 30.000 m2 (€ 0,28 per m2) deel boven de 30.000 m2 (€ 0,14 per m2). Daarnaast betalen nieuwe leden/kopers eenmalig een calamiteitenbijdrage na levering kavel van € 0,20 per m2.
Gemeente Zaanstad betaalt de vereniging een vergoeding voor het laten uitvoeren van het beheer en onderhoud aan het openbaar gebied en nog niet uitgegeven kavels. In 2021 bedroeg deze vergoeding € 0,1 mln.
Op 7 juli 2022 is de jaarrekening 2021 van de vereniging vastgesteld.
Risicoprofiel
Het risico voor de gemeente bij de VBH is laag. Zaanstad is lid van de vereniging en betaalt de werkelijke kosten voor het beheer en onderhoud van nog niet uitgegeven kavels en de openbare ruimte op HoogTij. De organisatiegraad op HoogTij is hoog, alle bedrijven zijn lid van de vereniging. Het bestuur van de vereniging staat in samenhang met KG Parkmanagement in nauw contact met de bedrijven/leden, behartigt de belangen van de leden en voert structureel overleg met de gemeente over ontwikkelingen op HoogTij.
Financiële positie
Jaarrekening 2022
De jaarrekening 2022 is nog niet beschikbaar
Risico’s en beheersmaatregelen
Het risico voor de gemeente is laag, aangezien de bijdrage van de gemeente aan de VBH is gebaseerd op de werkelijke onderhoudskosten voor het beheer van nog niet uitgegeven bedrijfskavels en de openbare ruimte. Over de hiermee gepaard gaande kosten vindt structureel overleg plaats tussen de vereniging en de gemeente.
laag - Privaatrechtelijk Stichting Jeugdteam Zaanstad(Bedragen x €1.000)Stichting Jeugdteam ZaanstadRechtsvorm:
Stichting
Oprichtings-/publicatiedatum:01-01-2022Vestigingsplaats:ZaandamToezichtsregime:hoogOpenbaar belangHet verlenen van jeugdhulp aan jeugdigen in Zaanstad, het beoordelen en doorverwijzen naar specialistische jeugdhulp en het voeren van regie op ondersteuningsplannen van gezinnen. Dit doet het jeugdteam door integraal samen te werken met de Sociale Wijkteams, het onderwijs, de huisartsen, specialistische aanbieders en andere partners in de wijken.
Bestuurlijk belangGemeente Zaanstad heeft geen zetel in het bestuur, maar benoemt wel de directeur-bestuurder en de leden van de Raad van Toezicht van de stichting.
Stemverhouding:Actualiteiten en risico'sGovernance
- Er is een dienstverleningsovereenkomst afgesloten voor onbepaalde tijd (2022/14158).
- Gemeente Zaanstad benoemt de directeur-bestuurder van de stichting.
- De directeur-bestuurder is eindverantwoordelijk voor de prestaties van de stichting en voor de uitvoering van de opdracht zoals verstrekt door de gemeente Zaanstad. De directeur-bestuurder is eerste aanspreekpunt voor de gemeente en de Raad van Toezicht.
- Gemeente Zaanstad benoemt de leden van de Raad van Toezicht van de stichting.
- De Raad van Toezicht houdt integraal toezicht op de besturing van de organisatie van de stichting. Onder het houden van toezicht vallen bijvoorbeeld het goedkeuren van besluiten van het bestuur alsmede het monitoren van het functioneren van het bestuur.
- De strategische visie is conform de Statuten ter goedkeuring aan de Gemeente Zaanstad voorgelegd. Na de goedkeuring van de Gemeente Zaanstad, heeft de Raad van Toezicht de Strategische visie en (meerjaren) begroting overeenkomstig vastgesteld.
- Voorgangsgesprekken Zaanstad – stichting:
- Er is een governance structuur afgesproken. Elk kwartaal zijn er voortgangsgesprekken met de directeur waarin de managementrapportage wordt besproken, elke maand is er een operationeel overleg (teamleiders) met de gemeente en een ontwikkeloverleg (meer tactisch overleg over de ontwikkelingen).
Ontwikkelingen
- De verwachting is dat de Hervormingsagenda Jeugd in het eerste kwartaal van 2023 wordt vastgesteld. Hier kunnen ontwikkeling uit voortkomen die gevolgen hebben voor (de taken van) het jeugdteam.
- Het college heeft met de raad afgesproken eens per kwartaal de voortgang van de jeugdhulp in Zaanstad te rapporteren, via een voortgangsrapportage. Hiermee wordt een van de aanbevelingen van het rekenkameronderzoek Jeugdhulp in Zaanstad opgevolgd. In de voortgangsrapportage staat een update de aantallen jeugdigen in de jeugdhulp, de kostenontwikkeling, de besparende maatregelen en de lopende trajecten rondom jeugd. In november 2022 is de laatste voortgangsrapportage verstuurd. De volgende voortgangsrapportage komt in het 1e kwartaal van 2023.
Financiën
Voor het contractjaar 2022 wordt aan door gemeente Zaanstad een lumpsum bedrag van € 9,35 mln. inclusief BTW, ter beschikking gesteld aan de stichting Jeugdteam. Over 2022 is Stichting Jeugdteam binnen de begroting gebleven.
Risico’s
Het risicoprofiel is hoog. Het maatschappelijk belang is groot, het gaat om kwetsbare kinderen. De financiële bijdrage van de gemeente is aanzienlijk.
- Personele risico’s
- Hoge werkdruk als gevolg van wachtlijsten
- Moeilijk vervullen van vacatures (dit speelt voor alle ketenpartners)
hoog - Privaatrechtelijk Stichting Sportbedrijf Zaanstad(Bedragen x €1.000)Stichting Sportbedrijf ZaanstadRechtsvorm:
Stichting
geen bestuurlijke deelname
quasi inbesteding
Oprichtings-/publicatiedatum:01-01-2015Vestigingsplaats:ZaandamToezichtsregime:middelOpenbaar belangHet Sportbedrijf is verantwoordelijk voor de exploitatie van sporthallen, gymzalen en zwembaden en de uitvoering van sportstimuleringsactiviteiten en de impuls onderwijs, sport en cultuur. De opdracht van de gemeente Zaanstad aan het Sportbedrijf is vastgelegd in een exploitatieovereenkomst.
Bestuurlijk belangDe leden van de Raad van Toezicht worden door het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Zaanstad benoemd, geschorst en ontslagen.
Stemverhouding: nvtActualiteiten en risico'sOntwikkelingen
- De indexering die de gemeente toepast blijkt onvoldoende om jaar over jaar een sluitende exploitatie te behouden. Het boekjaar 2022 sluit naar verwachting met een klein tekort. Vorig jaar was er nog een overschot van € 0,37 mln.
- Eind 2022 is duidelijk geworden dat renovatie van het binnenbad van de Crommenije onvermijdelijk gaat worden. De toegepaste coating van het zwembad blijkt niet te herstellen. 1 week na herstel laat het al weer los op een aantal plaatsen. De verzakkingen bij het buitenbad moeten ook structureel opgepakt gaan worden.
Financiën
De Gemeente stelt aan de Stichting gedurende de looptijd van deze Overeenkomst ten behoeve van de Exploitatie van de Accommodaties en de uitvoering van de activiteiten jaarlijks een budget ter beschikking (Exploitatiebijdrage). Jaarlijks stelt de stichting de begroting op voor het komende jaar en legt deze voor ter goedkeuring aan de gemeente. De jaarrekening wordt 4 maanden na einde boekjaar aan de gemeente aangeboden.
Jaarrekening 2022
Het boekjaar 2022 sluit naar verwachting met een klein tekort. Dat zal worden aangevuld vanuit de reserve Nog te besteden exploitatie Sportbedrijf.
Begroting 2023
- Deze begroting gaat uit van een weer genormaliseerde situatie en niet van lagere omzet door een langdurige sluiting als gevolg van Corona.
- De gasprijs is voor het Sportbedrijf de belangrijkste kostenpost. Het Sportbedrijf krijgt momenteel gas geleverd via hun contract bij Sportfondsen. Dat contract loopt t/m 31 december 2023, het tarief bedraagt € 0,18 per kuub. Voor 2023 worden hier dus nog geen problemen verwacht.
- Het herstel van zwembad de Crommenije zal extra middelen vragen van het Sportbedrijf en de gemeente. Hiervoor zal een apart voorstel worden gemaakt.
middel - Privaatrechtelijk Textiles2Textiles B.V.(Bedragen x €1.000)Textiles2Textiles B.V.Rechtsvorm:
Besloten Vennootschap
Oprichtings-/publicatiedatum:29 januari 2020Vestigingsplaats:WormerveerToezichtsregime:middelOpenbaar belangHet op gang brengen van de transitie naar een circulaire verwerking van textiel afval. De legitimering van een overheidsinterventie op basis van marktfalen is hier van toepassing. Het doel is textiel afval verwerken tot grondstof voor de kledingindustrie.
Bestuurlijk belangGemeente Zaanstad is houder van 33 1/3% van de aandelen. Wethouder Onclin vertegenwoordigt de gemeente in de AvA, plaatsvervanging wethouder Tuijn.
Er is sprake van duale aansturing waarbij de wethouder financiën invulling geeft aan de eigenaarsrol en het inhoudelijk opdrachtgeverschap is belegd bij de beleidsportefeuillehouder.
Stemverhouding: 33,33%Actualiteiten en risico'sOntwikkelingen
Textiles2Textiles ondervindt net als veel andere bedrijven hinder van de vertragingen in levertijden. Hierdoor loopt het bedrijf achter op het in 2021 opgestelde businessplan. Een nieuwe machine die de volgende stap (cutting/cleaning) in het textiel verwerken uitvoert, is daar namelijk een belangrijk onderdeel van. Er worden momenteel proeven uitgevoerd met een pilotopstelling, en de volledige Trim clean machine wordt eerste kwartaal 2023 verwacht.
Financiële positie
Jaarrekening 2021
In december 2022 is de Algemene Vergadering van Aandeelhouders geweest. Hierin is de jaarrekening 2021 vastgesteld, decharge aan het bestuur verleend en zijn twee leden van de Raad van Commissarissen benoemd. Zie hieronder meer toelichting. Hierover is tevens een raadsinformatiebrief (2023/201) verstuurd aan de raad.
- De jaarrekening 2021 is vastgesteld (met een stemverklaring van gemeente Zaanstad). Over 2021 is er een verlies gemaakt door T2T van € 0,27 mln. Dit is veroorzaakt door: de vertraging van de trimclean-machine, een essentieel onderdeel in de business case. Het verlies is zo veel mogelijk beperkt door eind 2021 te stoppen met de inhuur van personeel die ingezet zou worden op de lancering van de volledige productie. Met de stemverklaring is aangegeven dat nu de jaarrekening kan worden vastgesteld en dat decharge aan het bestuur kan worden verleend, maar dat er aankomend jaar zaken zullen moeten veranderen. Gemeente Zaanstad wil intensiever samenwerken om zo sneller op de hoogte te zijn van ontwikkelingen over de financiële positie van T2T (1) en de ontwikkelingen rondom de trimcleaner en gevolgen voor de tijdlijnen uit het ondernemingsplan (2). Afgesproken is dat de formele afspraken rondom informatievoorziening op orde worden gebracht en dat informeel vaker bijgepraat gaat worden.
Risicoprofiel
Het financieel belang is beperkt. De gemeentelijke deelneming is onderhandeld op € 0,2 mln., waarvan € 0,05 mln. via een eerder verstrekte subsidie. Voor de deelneming is een voorziening van € 0,2 mln. gevormd. Daarnaast heeft Zaanstad een lening verstrekt ter grootte van € 0,2 mln., voor deze lening is een voorziening opgenomen van € 0,2 mln.
De maatschappelijke betrokkenheid is beperkt: de activiteiten van Textiles2Textiles B.V. richten zich op het verwerken van textiel afval van inwoners. De gemeente participeert in Textiles2Textiles B.V. vanuit het publieke belang en de maatschappelijke doelen die de gemeente wil realiseren.
Risico’s en beheersmaatregelen
Risico’s
Als er onvoldoende voortgang wordt geboekt in de oplevering en het in bedrijf nemen van de machines, heeft dit tot gevolg dat:
- Sprake is van steeds verder oplopende vertraging in de business case met daaraan gekoppeld financiële consequenties.
- Toeleveranciers / inkopers eindproduct vinden via andere kanalen (afname interesse uit de markt).
- Concurrentie ontwikkelingen.
Beheersmaatregelen
- Actief in gesprek blijven met de bestuurders.
- Samen met andere gemeenten optrekken in de MRA, opgave duurzaamheid en circulaire economie.
- Deelname aan de Denim Deal door Zaanstad.
- Actieve deelname door ZNSTD in verschillende gremia om te kunnen anticiperen / invloed uit te kunnen oefenen op de ontwikkelingen rondom circulaire textiel.
- Annotaties B&W AvA Textiles2Textiles.
- Herijking van de business case.
middel - Privaatrechtelijk Dimpact(Bedragen x €1.000)DimpactRechtsvorm:
Coöperatie
Oprichtings-/publicatiedatum:lidmaatschap gestart in oktober 2020Vestigingsplaats:EnschedeToezichtsregime:Openbaar belangBinnen de onafhankelijke coöperatie Dimpact werken 40 gemeenten samen. Zij co-creëren en leren van elkaar op het gebied van digitale innovatie van dienstverlening. Als lid van Dimpact kan Zaanstad (tegen betaling) gebruik maken van de producten die onder regie van Dimpact ontwikkeld zijn door de leden en evt externe partijen.
Bestuurlijk belangGemeente Zaanstad heeft één stem in de Algemene Ledenvergadering van Dimpact
Stemverhouding: 1 van de 40 stemmenActualiteiten en risico'sIn 2017 zijn de gemeenten Deventer, Enschede, Groningen en Zwolle met ondersteuning van Dimpact gestart met het programma I4Sociaal. I4Sociaal heeft als doel om inwoners sneller, slimmer, effectiever en efficiënter de weg te wijzen en te begeleiden in het sociaal domein. In het tweede kwartaal 2019 hebben de gemeente Leeuwarden en Zaanstad besloten om aan te sluiten bij het programma I4Sociaal en daarmee ook lid te worden van de coöperatie Dimpact.
In de zomer 2022 heeft gemeente Zaanstad besloten niet door te gaan met I4Sociaal. De functionaliteiten zijn nog onvoldoende ontwikkeld om op korte termijn (2 jaar) van meerwaarde te zijn voor de uitvoering. Mogelijk kan in de toekomst alsnog aangesloten worden op het Open Inwonerplatform als dit verder is doorontwikkeld. Voor nu levert gemeente Zaanstad hier geen actieve (financiële) bijdrage meer aan.
In het 4de kwartaal 2022 wordt in een voorstel voorgelegd of het lidmaatschap van gemeente Zaanstad in Dimpact wordt voortgezet of beëindigd.
onbekend - Privaatrechtelijk RON Achtersluispolder I B.V.(Bedragen x €1.000)RON Achtersluispolder I B.V.Rechtsvorm:
Besloten Vennootschap
Oprichtings-/publicatiedatum:20 december 2005Vestigingsplaats:AmsterdamToezichtsregime:middelOpenbaar belangDe RON Achtersluispolder I is het uitvoeringsinstrument voor het (her)ontwikkelen van bedrijventerreinen in de Achtersluispolder.
Bestuurlijk belangGemeente Zaanstad is houder van 33 1/3% van de aandelen. Wethouder Onclin vertegenwoordigt de gemeente in de AvA, plaatsvervanging wethouder Slegers.
Er is sprake van duale aansturing waarbij de wethouder financiën invulling geeft aan de eigenaarsrol en het inhoudelijk opdrachtgeverschap is belegd bij de beleidsportefeuillehouder.
Aandelenkapitaal € 18.000
Stemverhouding: 33,33%Actualiteiten en risico'sOntwikkelingen
De RON Achtersluispolder I BV heeft één deelneming van 50,3 % in de vorm van het Houtcentrum BV. Het Houtcentrum BV heeft in 2022 een gezond resultaat behaald van € 0,34 mln. Hierdoor heeft ook de RON Achtersluispolder I BV een positief resultaat behaald van € 0,3 mln.. Voor de RON Achtersluispolder I BV is het belangrijkste punt dat het onroerend goed en alle overige materiële vaste activa in BV Houtcentrum (eind 2022 gewaardeerd op € 8,7 mln.) stelselmatig gewaardeerd wordt naar aanleiding van het laatst bekende taxatierapport. Het laatste bekende taxatierapport is uit 2010. In februari 2022 is er stormschade ontstaan aan de opstallen van het Houtcentrum (€ 0,18 mln.), die grotendeels is gedekt uit een verzekeringsuitkering (€ 0,17 mln.).
Risicoprofiel
Beschrijving tot standkoming risicoprofiel door strategie en regie.
Financiële positie
Jaarrekening 2021
Het jaar 2021 is afgesloten met een positief saldo van € 0,13 mln. Het resultaat is als volgt bestemd door het toe te voegen aan de overige reserves die hierna € 0,7 mln. bedragen. Het balanstotaal is € 1,0 mln. dus de financiële positie is goed. De bezitting bestaat voornamelijk uit de deelneming (50,3 %) in het Houtcentrum BV € 0,9 mln. Het Houtcentrum heeft een eigen vermogen van € 3,8 mln. op een balanstotaal van € 9,2 mln. ultimo 2021.
Jaarrekening 2022
de jaarrekening over 2022 is nog niet beschikbaar.
Risico’s en beheersmaatregelen
Het risico bestaat uit het bedrag waarvoor we deelnemen namelijk € 0,2 mln. en de uitgegeven geldlening € 0,2 mln. Beheersmaatregel bestaat uit het beoordelen van de jaarrekening van RON Achtersluispolder. Gelet op de financiële positie van RON Achtersluispolder BV is er geen aanleiding om een voorziening op te nemen.
middel